Meer nieuws

De stemming komt er voorzichtig aan steeds meer in onder uientelers. Deze week was het overigens vooral de onderkant die werd opgetrokken op de regionale beurzen. Sorteerders hebben relatief kleine werkvoorraden en moeten constant de boer op. En als het dan lekker loopt in de export is er voortdurend reuring.

De uienexport is weer wat aangetrokken, zo blijkt uit de nieuwste cijfers. Ten opzichte van vorig seizoen wordt de voorsprong in de export wat verder uitgebouwd.

De vraag naar uien was deze week ronduit goed. Dan merk je dat een paar boten voor Afrika het gemoed goed doen. Bij een gezonde vraag naar uien zou je verwachten dat de markt daar op reageert. Dat gebeurt, maar voor de helft, zou je kunnen stellen.

Het is weleens minder gegaan met het rooien van de peen. Zeker als je het vergelijkt met vorig jaar gaat het nu als een trein. Het grootste punt van zorg is de temperatuur.

Geen spectaculaire wijzigingen in de uienprijzen op de regionale beurzen deze week. De vraag naar uien is onderwijl goed, mede door de kleine voorraden van verwerkers. Aanbod van uien die weg moeten omdat er aardappelen de cel in moeten, is nog een eind weg. Telers zitten redelijk vast in de wedstrijd maar zijn ook weer niet onrealistisch in wat ze vragen.

Dat er schommelingen zijn in de uienexport is normaal. Dit seizoen zijn de golfbewegingen wel heel extreem. Weken van 37.000 ton worden afgewisseld met weken van onder de 30.000. Het nieuwste exportcijfer is daar geen uitzondering op.

Het aanbod van uien uit de aardappelbewaring is een heel eind opgedroogd en er moeten volgende week twee boten voor Afrika geladen worden. Reden voldoende voor beweging op de uienmarkt zou je verwachten. De praktijk blijkt alleen weerbarstiger.

De opbrengsten van biologische aardappelen en uien waren mede door de hoge ziektedruk niet geweldig. Kleine voorraden boven de markt zijn vanuit telersperspectief doorgaans goed voor de prijsvorming. Handel in deze producten is echter taai. Kopers en verkopers hebben moeite elkaar te vinden.

Het loopt bepaald nog niet storm op de peenmarkt. De laatste vroege rassen worden gerooid en er wordt peen voor in de koeling geoogst. Het is vooral de rustige vraag vanuit het buitenland waar over wordt gesproken.

Er gaan best wat uien weg en het aanbod van de uien uit de tijdelijke bewaring droogt wat op. Toch wil de stemming in de uienmarkt er niet echt in komen. Nu komt er wat aanbod los van telers die twijfelen over de bewaarbaarheid. De markt wordt zeker niet overvoerd, maar kopers hoeven ook niet echt op jacht.

De uienexport gaat met horten en stoten. Na een wat tegenvallende week waarin de export net onder de 30.000 zakte geeft het meeste recente exportcijfers de boer weer moed.

De uienteelt in België heeft dit seizoen veel weg van die in Nederland. Een grote uitbreiding in areaal, late zaai en veel neerslag kenmerken het seizoen. Echter vallen de opbrengsten zeker niet tegen dankzij de typische 'Belgische' zomer waarover gesproken wordt. Het regelen van afzet blijkt nu wel in sommige gevallen een dingetje te zijn.

Dat de uienmarkt wat zoekende is rond deze tijd is wel gebruikelijk. De afland-uien zijn zo goed als weg, er moet wat uit de tijdelijke bewaring en exporteurs zijn druk doende met Afrika. Meestal is er wel reuring op de uienmarkt. Nu rommelt het maar een beetje door en lijkt niemand echt stelling te willen nemen.