Agrifoto

Nieuws Uien

Gemis aan nagroei maakt van uienoogst geen topper

2 September 2024 - Niels van der Boom

Het is nog vroeg, en de hoofdmoot van de zaaiuien moet nog worden geoogst, maar een eerste indicatie laat blijken dat oogstjaar 2024 geen topper wordt voor de zaaiuien. Tot en met begin augustus gingen veel telers uit van een behoorlijke opbrengst. Uiteindelijk heeft het gemis aan nagroei ervoor gezorgd dat de kilo's gewoontjes zijn. 'Valse meeldauw is de grootste koopman', klinkt het.

Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

"We zien dat de vroege percelen snel zijn afgestorven deze zomer, wat uiteindelijk flink opbrengst kost", vat adviseur Paul Hooijman van Delphy het samen. In zijn werkgebied (Midden-Nederland) komt dat grotendeels door de impact van valse meeldauw, 'maar dat fenomeen is landelijk zichtbaar', weet hij van zijn collega's. Dat beaamt ook Kees Jacobs van zaadleverancier Syngenta. "Grofweg kun je stellen dat hoe verder je van de kust boert, des te hoger de meeldauwdruk is. Je hebt minder wind en meer luwte rond een perceel, waardoor het gewas langer nat is."

Toch zien ook uienexperts aan de kust meeldauw in de uienpercelen flink huishouden. "We weten dat bij een lange bladnatperiode meeldauw eerder een probleem vormt", zegt Arjan Bos van Hazera. "Juist deze percelen zijn vaak vroeg gezaaid, waardoor meeldauw vroegtijdig optrad. Zware buien voor het strijken hebben dit proces eveneens versneld."

Grote spreiding
Eind augustus is de oogst van zaaiuien goed op gang gekomen in alle delen van ons land. De spreiding is groot dit seizoen, wat deels afhankelijk is van de zaaidata. Er zijn uien in maart gezaaid, maar ook ver in mei. Dit resulteert erin dat het rooien en opladen erg gespreid plaatsvindt. "Sommige late percelen zijn nog niet eens aan het strijken", ziet Jacobs. "Dat kan komen door een zware onkruidbestrijding, waardoor de uien eind mei en begin juni een tijdje stil hebben gestaan. Ook problemen met de structuur en een lage beschikbaarheid aan stikstof worden genoemd als redenen voor een tegenvallende groei.

Door heel het land zijn percelen te vinden die in het geheel niet willen strijken, zo merkte Bart Schriever van De Groot en Slot eerder al op bij Boerenbusiness. Of meeldauw ook in de bewaring voor een nare verrassing kan zorgen is nog giswerk. "Percelen die niet zijn gestreken maar wel afsterven kunnen, bij een flinke bui regen, met bacterie te maken krijgen", legt Jacobs uit. Naast de meeldauwproblematiek, die mede door het gemis van de schimmelbestrijder Mancozeb lastiger in de hand is te houden, zien de uienexperts ook stemphylium die voor vroegtijdig afsterven van het loof zorgt. "Je moet erbovenop zitten met de ziektebestrijding", ziet Bos. "Dat betekent tijdig starten en niet te vroeg stoppen. Waar dat niet helemaal goed is gegaan zie je de gevolgen direct terug."

Wisselende opbrengsten
Het is nog vroeg om harde uitspraken over de opbrengsten te doen. Johnny Remijn, adviseur voor Delphy in Zeeuws-Vlaanderen, hanteert 35 tot 50 ton per hectare als schatting. "De opbrengstspreiding komt niet alleen door het zaaimoment", legt hij uit. "Ook droogte speelt een rol. Veel percelen zijn daarom minimaal een keer beregend." Momenteel ligt het rooien op de kleigrond ook veelal stil omdat de grond te hard is. Telers hopen op een regenbui. Die flinke spreiding ziet ook Arjan Bos in het noorden van het land. "We zien percelen van 45 ton, maar ook uitschieters ver naar boven. Gemiddeld zijn de uien dit jaar wel fijner, omdat het plantaantal niet overal meevalt na uitval dit voorjaar. Ook door minder groeidagen zijn de uien niet zo grof gegroeid."

Op de proefvelden van Syngenta ziet Jacobs opbrengsten tussen de 50 en 60 ton bruto voorbijkomen. "Dat valt me, gezien de opkomst en het plantaantal niet mee", licht Jacobs toe. "Telers in Oost-Brabant en Noord-Limburg, die inmiddels hun uien af land hebben geleverd, laten soortgelijke geluiden horen. Door de zeer hoge temperaturen kon in deze regio vanaf woensdag niet meer geoogst worden, om zonnebrand te voorkomen." Lokaal heeft hagel ook nog voor wat schade gezorgd eind augustus. In oostelijk Flevoland en rond Emmen is daar sprake van, waarbij gerooide uien soms zelfs in het zwad zijn verhageld.

MH-bespuiting
Het vlotte afsterven heeft niet alleen impact op de opbrengst, ook uiten de insiders zorgen over de kwaliteit. Met name over de opname van MH wordt getwijfeld op percelen die vroegtijdig zijn afgestorven. Na de bespuiting met deze kiemremmer heb je immers twee weken actieve sapstroom nodig. "Het is goed om bij twijfelachtige partijen goed te monitoren in de bewaring", aldus Hooijman. "Is in november nog geen kiem zichtbaar, dan zit het wel goed. Is dat niet het geval, dan zijn deze partijen niet lang bewaarbaar." Aantasting met fusarium komt hij dit jaar in zijn werkgebied minder tegen dan de laatste jaren het geval was. "We weten uit ervaring dat een late aantasting in augustus voor veel narigheid kan zorgen, maar omdat de eerste helft van de maand relatief gematigde temperaturen had, valt dit hopelijk mee."

Hoeveel procent van de zaaiuien inmiddels is gerooid valt lastig te zeggen. Naar schatting gaat het om 15% tot 20% van het areaal. Afhankelijk van het weer hopen telers deze week een flinke slag te slaan. Daarmee loopt de oogst gevoelsmatig iets voor op andere jaren. "De een rijdt nog snel zijn uien binnen voor de opgegeven onweersbuien, terwijl een ander juist de regen afwacht", merkt Bos op. "Belangrijk is dat er flink geblazen wordt op de partijen. We komen geregeld rotte uien tegen. Op percelen die kampen met een mindere structuur is fusarium zichtbaar. Een ui die door fusarium is aangetast verdampt ook geen vocht meer, waardoor goed drogen in de schuur zeker een vereiste is."

Regenradar
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden