Welke richting kiest de uienmarkt?

Op de regionale beurzen liet alleen Goes een plus zien van €0,25 per 100 kilo ten opzichte van vorige week. Dat heeft hoogstwaarschijnlijk te maken met de extra afzet richting Senegal, waardoor er zich kortstondig vraag naar uien aftekende. Over het verloop van het verkoopseizoen na de jaarwisseling heerst vooral onzekerheid. Dat maakt handelaren voorzichtig met het innemen van posities.

Dat de handel huiverig is, is deels te verklaren door het verloop van het vorige seizoen. Ook toen liep de export tot de jaarwisseling op rolletjes. De verwachting was toen dat, omdat er al veel uien van de markt waren, de prijs gedurende de tweede helft van het seizoen nog wel een stap naar boven zou kunnen zetten. Dat bleef uit. Het verloop van dat seizoen zit echter nog wel vers in het geheugen bij de handel en in die zin is het goed verklaarbaar dat handelaren de kat uit de boom kijken. Het is echter zeker niet gezegd dat een dergelijk patroon zich dit seizoen herhaalt.

Grote voorraad, maar niet extreem groot
Hoewel er relatief veel uien zijn gerooid afgelopen seizoen is de voorraad aan de start van het nieuwe jaar niet extreem groot. Als we de CBS opbrengstraming als uitgangspunt nemen en verminderen met de export tot en met week 49, dan ligt de huidige voorraad op een niveau dat enigszins vergelijkbaar is met seizoen 2017/2018 en 2019/2020. In die seizoenen liepen de prijzen tot eind april heel voorzichtig op om pas aan het einde van het seizoen echt richting te kiezen. Het zijn en blijven natuurlijk uien (met andere woorden: de prijs kan alle kanten op) maar een langere periode waarin de markt geen echte stap naar boven of beneden maakt, is zeker niet ondenkbaar. Zeker met de huidige prijzen waarbij Nederlandse uien behoorlijk concurrerend zijn op de Europese markt.

Een overzicht van deze baalprijzen vindt u in de DCA notering Baalprijs Uien.