Waar liggen de kansen op de stabiele uienmarkt?

Afrika is in de eerste helft van het seizoen de belangrijkste afzetmarkt voor Nederlandse uien. Maar, de export naar het continent begint - wat Senegal betreft - op zijn einde te lopen. Senegal meldt deze week de uien die voor de jaarwisseling zijn verscheept, te scharen onder het oude quotum. Dat zorgt voor wat extra vraag in de laatste weken van het jaar.

Handel houdt zich gedeisd
Op de boer is dat overigens beperkt te merken. Sorteerbedrijven proberen de werkvoorraad zoveel mogelijk weg te werken. Dit in afwachting van de richting die de prijzen in de tweede helft van het seizoen kiezen. Dat maakt niet dat er geen kansen zijn om te verkopen. Een deel van de sorteerders houdt vakantie, maar de bedrijven die doordraaien kunnen mogelijk wat gaatjes opvullen. Wanneer de prijs de verkoper zint (rond de €10) en snel geleverd kan worden, zijn er beperkt mogelijkheden. Dat betekent echter niet dat handelaren de boer opgaan. Dat blijkt eveneens uit de noteringen op de regionale beurzen. Die staan voor gele uien eensgezind op €9 tot €10 per 100 kilo. Ook de DCA baalprijs blijft stabiel op €15 tot €15,50 per 100 kilo, afhankelijk van de sortering.

Nu naar verwachting de vraag vanuit Afrika afremt, is de vraag welke landen het stokje van Senegal overnemen. Groot-Brittannië is het gehele seizoen al goed aan de markt en insiders verwachten dat daar de komende tijd geen verandering in komt. Vooral uit de retail is de vraag goed. Het coronavirus kan voor de afzet richting de horeca in het Verenigd Koninkrijk wel roet in het eten gooien. Maar om de grote voorraad - de voorraadinventarisatie van VTA schat 15% boven het vijfjarige gemiddelde - weg te werken, moeten er wel bestemmingen bijkomen. De prijs van Nederlandse uien werkt op het moment wel in het voordeel ten opzichte van telers in een land als Polen.

Verschillende signalen
Een hindernis in de uienexport kan de relatief grote Europese oogst zijn. Hoewel de totale oogst van 2021 in de Europese Unie circa 10% groter wordt geschat, is nog onduidelijk hoeveel tonnen daar netto van overblijven. VTA meldt dat er grote verschillen in tarra zijn tussen de partijen. Daarbij zijn percentages van 15% geen uitzondering. Deze lijn kunnen we niet één op één doortrekken naar heel Europa.

Insiders zijn wat somber in de verwachtingen voor de tweede helft van het seizoen. Er zijn echter ook positieve signalen, met name voor later in het seizoen. De combinatie van relatief lage prijzen - waardoor er toch altijd meer uien gemorst worden -, een voorraad die in de praktijk waarschijnlijk lager uit valt en sorteerders en handelaren die erg voorzichtig zijn met het aanhouden van voorraad, bieden aanknopingspunten voor de tweede helft van het seizoen.

Een overzicht van deze baalprijzen vindt u in de DCA notering Baalprijs Uien.