Meerdere uiensorteerders lieten vorige week geluiden horen alsof het exportcijfer van uien van week 14 niet het juiste cijfer zou zijn. Verwacht werd dat bij het bekendmaken van de nieuwste cijfers hier een correctie op zou gaan plaatsvinden. Dat is niet gebeurd. Wat gebeurde er wel?
De exportcijfers van uien die deze week bekend zijn gemaakt, zullen voor uiensorteerders die hadden gehoopt op een aanpassing van de voorlopige cijfers van week 14 een teleurstelling zijn. Voor het gevoel zou er in die bewuste week tussen de 13.000 en 14.000 ton uien moet zijn geëxporteerd. Maar ook na een aanpassing door nagekomen informatie van 'slechts' 76 ton blijft het cijfer steken op 11.713 ton. Het totale volume nagekomen exportinformatie die betrekking heeft op week 13 en 14 kwam uit op 82 ton.
Het voorlopige exportcijfer van week 15 staat op 13.936 ton, ruim 2.000 ton meer dan in de week daarvoor. De teller van het totale exportcijfer van seizoen 2020-2021 staat op 1.043.217 ton. De voorsprong op afgelopen seizoen staat daarmee op 15.577 ton. Gemiddeld zijn er wekelijks 24.838 ton uien geëxporteerd. In week 15 werd er uitgevoerd naar afnemers in 80 landen.
Britten tillen hun seizoenvolume omhoog
Opmerkelijk was dat ook in deze week de Britten goede zaken hebben gedaan met een afname van 3.920 ton. Zij tilden daarmee hun seizoenvolume naar 80.634 ton, 9,3% meer dan afgelopen seizoen. Guinee was de tweede en laatste afnemer die een volume uien afnam van meer dan 1.000 ton. Op basis van deze voorlopige cijfers gingen er 1.106 ton uien naar dit Afrikaanse land. Op de derde en vierde plaats staan in week 15 2 Europese afnemers: Spanje met 703 ton en Servië met 693 ton. De Spanjaarden hebben tot en met week 15 4.344 ton meer Nederlandse uien afgenomen, een stijging van 56%.{{dataviewSnapshot(2_1620205804)}}