Export uien zorgt voor onderbuikgevoelens

Zoals gebruikelijk worden midden in de week de meest recente exportcijfers van uien bekendgemaakt. Het voorlopige exportcijfer van week 10 onderstreept de rust waarin de Nederlandse uienmarkt al een aantal weken verkeert. Nog steeds is het sappelen om de exportorders gegund te krijgen, wat over het algemeen zorgt voor meer prijsdruk.

1 miljoen ton-grens steeds dichterbij
Voor week 10 staat het door Nederland geëxporteerde volume uien op 11.464 ton. Samen met nagekomen informatie over de periode week 1 tot en met 9 van 470 ton, stijgt het totale volume dat dit seizoen is geëxporteerd naar 973.462 ton. Gemiddeld komt dit overeen met 26.309 ton per week. De voorsprong ten opzichte van het vorige seizoen tot en met week 10 is 40.468 ton. Een volume dat in het tempo van week 10 een periode zou betekenen van ruim 3,5 week. Het slechten van de 1 miljoen ton-grens komt steeds dichterbij en is op het moment van het bekendmaken van de voorlopige exportcijfer naar alle waarschijnlijkheid al gepasseerd.

Mauritanië aan kop
Voor het exportresultaat in week 10 stonden met name de volgende landen aan de basis. Aan kop staat Mauritanië met 2.112 ton. Het land tilt daarmee het exportvolume van dit seizoen naar 50.000 ton. Guinee volgt met 1.926 ton en is dit seizoen goed voor 48.294 ton. Groot-Brittannië is met 1.384 ton een stabiele factor en loopt met 68.181 ton 5.167 ton voor op afgelopen seizoen. De overige afnemende landen namen allen minder dan 1.000 ton af, waarvan Duitsland met 752 ton het grootste aandeel opeiste. In totaal werden in week 10 naar 67 landen Nederlandse uien geëxporteerd.