De uienexport doet een flinke jas uit in de eerste weken van januari, zo melden verschillende handelaren. De vraag vanuit Afrika en Azië is veel minder groot dan in december. Europa is nog niet aan de markt en dat merken de exporteurs.
Na een recordafzet in de laatste maanden van het jaar 2020 normaliseert de uienexport nu. Het is rustig en zoeken naar bestemmingen voor uien. Dat is op zich niet ongebruikelijk in deze tijd van het jaar. "We komen van de 'autobahn' en moeten even wennen aan een snelheidslimiet", zo merkt een handelaar op.
Geen tekorten
Er zijn weinig tot geen markten waar een tekort is dat nu opgevuld moet worden met Nederlandse uien. Binnen Europa hebben de meeste landen voldoende uien beschikbaar en wordt niet actief gezocht. Er is een tekort geweest in Brazilië en daar hebben een aantal van de exporteurs uit Nederland van kunnen profiteren, maar inmiddels is er weer voldoende aanbod van lokale uien.
De beperkte beschikbaarheid van goedkoop transport helpt ook niet mee als het gaat om de export. Waar doorgaans retourcontainers of -vrachten gebruikt kunnen worden, is dat aanbod nu veel minder groot. Daardoor zijn de Nederlandse uien minder aantrekkelijk.
Kleine marge
De marge tussen de prijs uit de bewaring en de baalprijs is relatief klein en er is niet veel vraag naar uien op het moment. Dat maakt sorteerders voorzichtig voor wat betreft inkopen. Verwerkers merken wel dat er iets meer aanbod komt van partijen die in kwaliteit achteruit gaan.
De verlengde lockdown verbetert het sentiment niet. Waar je normaal in deze rustige periode op wintersport gaat of Grüne Woche bezoekt, blijft iedereen nu aan het werk. Voor het gevoel lijkt het daardoor extra rustig. Op korte termijn wordt niet verwacht dat de handel aantrekt.