De teelt van zaaiuien wordt gekenmerkt door een duidelijke trend. In de traditionele teeltgebieden in Zuidwest-Nederland neemt het areaal af en in Noordoost-Nederland groeit het fors. Ook dit jaar is dat merkbaar. Vooral in Zeeland bevindt de teelt zich op een hellend vlak. Groeien Drenthe en Groningen mee?
Om de beweging per provincie, landbouwregio en zelfs gemeenteniveau in beeld te brengen maken we gebruik van Boer&Bunder. Deze online applicatie maakt de perceelgegevens van alle landbouwpercelen in Nederland inzichtelijk, waarvoor data uit de Gecombineerde Opgave wordt gebruikt.
Koppositie Flevoland
Het totale areaal uien komt dit jaar op 37.354 hectare, wat nagenoeg gelijk is aan het jaar ervoor en 2.000 hectare meer dan in 2018. Bijna driekwart van het areaal (27.218 hectare) wordt opgemaakt uit zaaiuien. De provincie Flevoland behelst een kwart van dit areaal. In 2019 bereikte de jongste provincie van ons land zijn absolute hoogtepunt voor de zaaiuienteelt. Dit jaar daalt het areaal 200 hectare, tot 9.295 hectare.
Op nummer 2 in de lijst staat Zeeland met goed 4.000 hectare. Hier daalt het zaaiuienareaal ook het hardste, met 15%. Dat is goed voor bijna 750 hectare minder uien. Het is niet de grootste daling, maar wel het derde jaar op rij dat de teelt afneemt. In 2017 bereikte het areaal een hoogtepunt van 6185 hectare, om daarna alleen maar te dalen. De teelt verloor 2.163 hectare over die jaren.
Regionaal forse verschuivingen
In Groningen en Drenthe neemt de teelt opnieuw toe, met 9% en 19% respectievelijk. Dat is niet de grootste stijging, maar wel zeer fors. In absolute hectares is de groei minder dan de daling in Zeeland. Er kwam in deze 2 provincies 487 hectare zaaiuien bij dit jaar.
Voor de grootste procentuele groei moeten we naar Limburg toe. Daar zijn dit jaar bijna een kwart meer uien gezaaid. Er kwam 265 hectare bij, waardoor de teelt nu stevig boven de 1.000 hectare noteert (1.336 hectare). Nog een opvallende daler is Noord-Holland, met 18,5% minder zaaiuien. Van de akkerbouwprovincies is het daarmee de kleinste speler in de zaaiuienteelt geworden. Alleen in Utrecht, Gelderland en Overijssel worden minder uien verbouwd.
Vullen tweedejaars plantuien voor een deel dit gat op? Het areaal daarvan komt dit jaar op 6.484 hectare uit, wat een jaar geleden 6141 hectare was (+5,5%). Twee provincies vallen hierbij op: Zeeland en Noord-Holland. Vooral in die laatste nam de teelt met bijna 40% toe. In Zeeland is dat 8,5%, waarmee het absoluut de grootste plantuienteler blijft. Goed voor 3.076 hectare. Op 2 staat Noord-Brabant met 2.174 hectare. Ook hier stijgt het areaal, met 6%. In Noord-Holland is vooral het percentage fors, om het totale areaal op 720 hectare komt. Opvallend is ook dat in Drenthe relatief veel plantuien worden verbouwd. Inmiddels bijna 400 hectare. Die stap werd vooral vorig seizoen gezet.
Moeizame teeltregio's
De verschuiving naar meer plantuien is een bekende beweging in de uienwereld. Door moeizame groeiomstandigheden heeft de zaaiuienteelt de afgelopen jaren averij opgelopen. Met name in Zeeland, maar ook de Wieringermeer. Telers die uien blijven telen stappen eerder over op de meer robuuste plantuien. In Noord-Holland is de teelt geclusterd in de Wieringermeerpolder, waar telers veel met weersextremen te maken hebben gehad.
Dit geldt ook voor Zeeuws-Vlaanderen, waar het areaal plantuien relatief veel is toegenomen in Zeeuws-Vlaanderen. De gemeentes hier omvatten dit jaar 37% van het areaal, waar dat vorig jaar nog 35% van het Zeeuws totaal was.
Nog even terug naar de zaaiuien. In Limburg stijgt de teelt procentueel het meeste, maar waar in de provincie precies? In Noord-Limburg, tussen Weert en Roermond, is de teelt duidelijk toegenomen. Deze regio – gemeente Leudal – ziet zijn uienareaal met maar liefst 66% toenemen dit jaar. In het zuiden hebben telers de laatste jaren ook veel te kampen gehad met weersextremen. Ook dit jaar weer. De teelt neemt er niet noemenswaardig toe of af.
Groei op zandgrond
In Drenthe is uitbreiding van de teelt integraal in de provincie doorgevoerd, al ligt het zwaartepunt in de gemeente Emmen en Midden-Drenthe. Voor wat betreft Groningen voert Het Hogeland nog steeds de boventoon, al is dit jaar een afname van de teelt zichtbaar. Op 2 staat de gemeente Westerwolde, waar de uienteelt met 63% toenam. Niet alleen op de zandgrond nam de teelt toe. In het Oldambt is een stijging van 20% in de teelt merkbaar. In zijn totaliteit is het areaal zaaiuien op zandgrond bijna gelijk gebleven. Dit jaar staat 17% van het areaal op deze grondsoort, tegenover 18% vorig jaar en 11% in 2018.
De ontwikkelingen die in dit artikel worden beschreven zijn vooral de laatste 3 jaar zichtbaar. Zo is het Zeeuwse uienareaal van ups en downs naar een stevig dalende lijn gegaan. Hierdoor ontstaat de vraag: waar stopt het? Ditzelfde geldt voor de groei in het noordoosten, waar nog steeds mogelijkheden en ruimte in het bouwplan aanwezig is. Vooral het areaal granen heeft moeten inleveren door de opkomende uienteelt. Zolang de teelt blijft lonen is groei aannemelijk. Over 3 jaar is dan een landverschuiving in de teelt zichtbaar, waarbij het Zeeuws areaal op 2.500 hectare uitkomt en die van Drenthe op maar liefst 2.800 hectare.
Als abonnee van Boerenbusiness kunt u gebruik maken van de speciale kortingsactie voor Boer&Bunder. U ontvangt 10% korting op de abonnementsprijs van Boer&Bunder. Klik hier voor meer informatie.