Dit jaar moet je op zand- en lössgrond na consumptieaardappelen en maïs een vanggewas telen. Bij oogst na 1 oktober is wintergerst een interessante optie. De stikstofkorting heeft op wintergerst namelijk beperkt invloed.
Met een gewasbehoefte van 180 kg N/ha en een gebruiksnorm van 140 kg N/ha, brengt wintergerst speelruimte in het bemestingsplan wanneer de aardappelen na 1 oktober geoogst worden. Je kunt wintergerst bovendien opgeven als hoofdteelt voor het komende jaar. Met de teelt van wintergerst voldoe je dan tevens aan de verplichting in het GLB van het telen van een rustgewas.
Dit geldt ook voor maïs. Teel je wintergerst als hoofdteelt na snijmaïs, dan mag je deze uiterlijk 31 oktober zaaien in plaats van uiterlijk 1 oktober.
Naast deze invulling van de regelgeving heeft wintergerst telen als voordelen:
Virusresistente wintergerst de norm
Tegenwoordig is de keuze voor virusresistent wintergerst in heel Nederland de norm. Ook in het Noorden zien we de laatste jaren aantasting van het dwergvergelingsvirus. Met de resistente rassen LG Zorica (nieuwe voergerst) en LG Zelda (brouwgerst) speel je op safe. LG Zelda heeft verder de unieke combinatie van virusresistentie en brouwkwaliteit.
Vergelingsvirus
Op dit moment zien we op diverse plaatsen in het land vergelingsvirus in wintertarwe. Door het warme weer in oktober is er vroeg gezaaid en dat bevordert het voorkomen van het vergelingsvirus. Het is dus een misvatting dat het vergelingsvirus in granen niet meer bestaat. Kies dus voor virusresistente rassen wintergerst, want met een vatbaar ras mis je zo 30% opbrengst. Overigens blijft voor wintertarwe het advies deze niet te vroeg te zaaien.
Meer weten?
Je teeltspecialist helpt je graag verder: