De Maas zette afgelopen zomer het complete bedrijf van maatschap Van den Eertwegh onder water. Een heftige gebeurtenis, waarvan de wonden nog lang niet geheeld zijn. "De schadeafwikkeling is nog amper op gang gekomen, maar we moeten onze blik alweer naar voren richten. De aardappelen moeten straks toch weer de grond'', aldus Wim van den Eertwegh.
Hoewel de schadeafwikkeling veel aandacht en scherpte vraagt, zijn er ook 'kleinere' uitdagingen waarop de akkerbouwer alert blijft. Eén daarvan is de bestrijding van doornappel, een sterk opkomend onkruid in zijn gebied. "Doornappel kan zich explosief vermeerderen. Als je die laat glippen, dan heb je een probleem.''
Het jaar 2021 was op z'n zachtst gezegd een zeer bewogen jaar voor de familie Van den Eertwegh. Door de overstroming van de Maas kwam hun complete bedrijf – en een groot deel van de gewassen - ruim één meter onder water te staan. "Kijk, hier staat het water net onder het aanrechtblad van de kantine waar we nu zitten", zegt Wim van den Eertwegh terwijl hij wat foto's op z'n mobiel laat zien. "En hier de schuur. Eén grote bruine modderpoel."
De akkerbouwer vertelt dat het bedrijf in het verleden wel eens vaker met wateroverlast te maken heeft gehad, maar nog nooit midden in de zomer. "Het grote verschil is dat nu ongeveer een derde van de gewassen verloren is gegaan – al met al zo'n 50 hectare. We stonden feitelijk net voor de oogst. Alle kosten waren gemaakt en dat betekent dus maximaal verlies. Al met al gaat het om meerdere tonnen aan schade. Dat gaat je niet in de koude kleren zitten." Gelukkig konden het vee (meststieren), de machines en het andere apparatuur tijdig op het droge worden gebracht. "Ook hebben we een deel van onze spullen op een plateau met kuubskisten gezet. Dat is uiteindelijk net droog gebleven.''
Hoewel het gebied als rampgebied is aangewezen en daarmee ook niet-verzekerbare schade wordt vergoed, moet de schadetaxatie en de financiële afwikkeling nu – bijna een half jaar na de ramp - nog grotendeels beginnen. "En dat terwijl we alweer kosten moeten maken voor het nieuwe seizoen. De cashflow is dus bepaald niet positief op ons bedrijf; dat geeft toch wel wat zorgen."
Kleiaardappelen verloren gegaan
Van de aardappelen – jaarlijks zo'n 40 hectare Agria's - is ongeveer de helft verloren gegaan. En dat heeft ook de vaste afnemer behoorlijk voor het blok gezet, zo weet Van den Eertwegh. "We leveren onze Agria's al jaren aan Bex Aardappelen, hier in Kessel. Die maakt er jaarrond verse frites van voor de horeca. De vroege aardappelen, die op wat hogere zandgronden stonden, hebben we grotendeels kunnen leveren. Maar benodigde kleiaardappelen voor de langere bewaring – die grotendeels op de uiterwaarden stonden - zijn allemaal verloren gegaan. Die heeft het bedrijf dus via andere kanalen bij moeten kopen."
Gelukkig is de relatie met de afnemer goed, waardoor de samenwerking komend seizoen als vanouds door kan gaan. "Wij zorgen voor een zo gespreid mogelijk oogst op verschillende grondsoorten, zodat Bex jaarrond verse frites kan produceren. Daarbij sturen we ook nog eens maximaal op kwaliteit, waarvoor we trouwens extra beloond worden. Het zou wel wrang zijn wanneer zo'n goede samenwerking door een pechjaar op de klippen loopt", aldus de akkerbouwer.
Doornappel stevig aanpakken
Van een heel andere orde, maar toch ook belangrijk, zijn de toenemende problemen met doornappel. Volgens Van den Eertwegh heeft dit onkruid zich de afgelopen tien jaar enorm sterk vermeerderd en verspreid in zijn gebied. "Eén plant heeft al gauw tien tot vijftien zaadbollen. Als je die de kans geeft om te ploffen, krijg je een ware explosie van zaden", weet de akkerbouwer. Zelf doet hij er alles aan om dit onkruid niet in de rooier of combine te krijgen, 'anders vind je ze een jaar later overal op het perceel terug'.
Agrea-adviseur Peter Ickenroth, die ook bij het gesprek aanwezig is, beaamt dat doornappel een sterk opkomend onkruid is op het Limburgse en Brabantse land. "Omdat doornappel behoorlijk groot kan worden, kun je vanaf de weg vaak al zien of ze op het veld aanwezig zijn. Telers die er niets of te weinig aan doen, krijgen op termijn grote problemen met dit onkruid", zo waarschuwt hij.
Een effectieve manier om doornappel onder controle te houden, is via een (vooropkomst) onkruidbestrijding in aardappelen. Daarbij staat het bodemherbicide Gofor centraal. Ickenroth: "Van de werkzame stof flufenacet in Gofor is bekend dat deze een goede werking heeft tegen doornappel. Een vooropkomstbespuiting met 2 liter per hectare Gofor – aangevuld met Boxer® en Proman® voor een nog wat bredere werking – is daarom een heel goede optie om enerzijds doornappel aan te pakken en anderzijds ook meteen alle andere lastige onkruiden als melde, nachtschade en diverse grassen op te ruimen."
'Gofor-optie' goed zichtbaar
Volgens de adviseur was het afgelopen seizoen al vrij goed zichtbaar welke telers voor de 'Gofor-optie' hadden gekozen. "Daar zag je in de bermen vaak nog wel wat doornappel, maar op het perceel zelf vaak helemaal niets. Dat geeft toch wel aan dat Gofor – zeker op een vochtige en bezakte grond – prima resultaten kan laten zien tegen dit lastige onkruid."
Voor komend seizoen verwacht Ickenroth dat (nog) meer aardappeltelers overschakelen naar Gofor. "Mensen zien het succes met Gofor letterlijk terug in het veld. Op die manier verkoopt het middel zichzelf."
Boxer® is een geregistreerd handelsmerk van Syngenta
Proman® is een geregistreerd handelsmerk van Belchim Crop Protection