De hogere prijzen voor onder meer aardappelen en tarwe zijn terug te zien in de raming van de inkomsten op akkerbouwbedrijven die Wageningen Economic Research (WUR) en het CBS vanmiddag (maandag 20 december) presenteerden. Daar staat dan wel tegenover dat de teeltkosten het afgelopen seizoen ook zijn gestegen.
Het geraamde inkomen in de akkerbouw is per onbetaalde arbeidsjaareenheid (aje) is met ruim €25.000 gestegen. Het gemiddelde jaarinkomen per onbetaalde aje komt daarmee uit op €58.000. Er zijn daarbij wel grote verschillen tussen de bedrijven. Ruim 20% van de bedrijven haalt een inkomen dat onder of op de €2.000 blijft. Aan de andere kant van het spectrum is een even grote groep van bedrijven die een inkomen per onbetaalde arbeidsjaareenheid haalt van €98.000 of meer. Ook de netto kasstroompositie is verbeterd ten opzichte van vorig jaar. Bij 64% van de akkerbouwbedrijven kwam er voldoende geld binnen om aan de betalingsverplichtingen inclusief aflossingen te voldoen. Dat is 7% hoger in vergelijking met een jaar eerder. De rentabiliteit ligt gemiddeld op €95 opbrengsten per €100 kosten.
Prijzen voor gewassen stijgen
De aardappelen van de oogst 2021 zullen naar verwachting meer opbrengen in vergelijking met een jaar eerder. De afzet en prijsvorming van oogsten van 2019 en 2020 verliep moeizaam door corona. Hoewel corona nog niet weg is, verwachten het CBS en de WUR een duidelijke prijsstijging voor de oogst 2021. Daarbij moet wel worden opgemerkt worden dat de contractprijzen iets lager liggen dan een jaar eerder. Op de granenmarkt zijn de hogere prijzen vooral veroorzaakt door een kleinere oogst in een aantal grote graanlanden en een zeer goede mondiale vraag naar onder meer tarwe. Ook voor suiker gaat de WUR uit van een prijsstijging, vooral door gestegen prijzen op de wereldmarkt.
Uienmarkt minder positief
Voor de uienmarkt zijn de vooruitzichten minder positief. WUR en CBS gaan er vanuit dat er circa 20% meer uien geoogst zijn ten opzichte van vorig jaar. Deels komt dat door een uitbreiding van het areaal maar ook de opbrengst per hectare lag hoger dit seizoen. Daarom houdt de WUR rekening met een prijsdaling van 25% voor de uien van oogst 2021 ten opzichte van oogst 2020.
Kosten lopen ook op
"Aan de kostenkant valt onder andere de post gewasbescherming fors hoger uit in vergelijking met een jaar eerder", vertelt Bert Smit, onderzoeker akkerbouw bij de WUR. "Door de relatief natte zomer hebben boeren meer tegen schimmelziektes zoals phytophthora moeten spuiten. Daarnaast zijn inputs als brandstof en kunstmest ook fors duurder geworden het afgelopen jaar en die trend zet naar verwachting ook komend jaar door." De zaaibedbereiding gaat volgens Smit in 2021 door een beetje vorst in de winter beduidend beter dan een jaar. "Daardoor hebben akkerbouwers in het voorjaar op diesel kunnen besparen. Door voldoende neerslag tijdens het seizoen is er beduidend minder beregend. De relatief natte omstandigheden tijdens de oogst hebben die brandstof besparingen deels teniet gedaan."
LTO: Hogere prijs in de schappen onvermijdelijk
De hogere opbrengsten in sommige agrarische sectoren worden veelal tenietgedaan door stijgende grondstofkosten én de kosten van regelgeving, reageert LTO Nederland op de inkomensraming. "Een eerlijker verdeling in de keten en een hogere prijs in de schappen is daarbij wat ons betreft ook onvermijdelijk. Met het nieuwe coalitieakkoord is er gelukkig de mogelijkheid tot niet-vrijblijvende afspraken met de rest van de keten, om het verdienvermogen van boeren en tuinders te verbeteren."
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.