Fritescrisis brengt handel pootgoed niet in problemen

Gerard Backx, CEO van HZPC, geeft aan dat er veel overleg plaatsvindt tussen alle partijen in de aardappelketen. Om de vraaguitval naar frites in met name de horeca te beperkten, stuurt de fritesindustrie aan op een lager areaal contractaardappelen voor oogst 2020. De grote vraag is nu: worden er ook daadwerkelijk minder aardappelen geteeld dit seizoen.

Mogelijke krimp niet terug te zien
HZPC ziet een mogelijke krimp nog niet terug in de pootgoedafname, meldt Backx. "De echte aardappelbedrijven krimpen misschien wel in de contractteelt, maar poten vervolgens de aardappelen uit voor de vrije teelt. Bij andere akkerbouwbedrijven is vaak sprake van een gebrek aan een alternatieve teelt. Denk bijvoorbeeld aan zomertarwe, wat financieel gezien niet aantrekkelijk is voor deze bedrijven. Wij zien daardoor nog geen aanzienlijk relevante terugloop van pootgoed en hebben daardoor geen grote schade bij HZPC."

Ook Wieger van der Werff, commercieel manager van Agrico, vindt dat de effecten van een mogelijke krimp voor zijn bedrijf meevallen. Het terugroepen van de contracten gebeurt wel, maar het is nog niet van zo'n omvang dat er problemen voor Agrico ontstaan. "We hebben de laatste 3 weken zo'n 100.000 ton pootgoed geleverd, wat een goed resultaat is te noemen."

Geen exportproblemen
De fritesindustrie probeert vooral het areaal af-land aardappelen te verminderen, omdat hier een overlap dreigt met fritesaardappelen van de oude oogst 2019. Het pootgoed bestemd voor de leveringen af-land is volgens Van der Werff allang uitgeleverd aan de desbetreffende bedrijven of telers. "Dit is dan ook meer een zaak voor de teler en industrie en niet meer binnen de reikwijdte van Agrico." De schade in de fritesindustrie is daarbij ook vooral terug te vinden in de fastfoodaardappelrassen, zegt Van der Werff. "Bij Agrico zijn we hierin niet de grootste en ondervinden en verwachten daardoor ook geen grote schade."

Ook ondervinden beide handelshuizen geen exportproblemen, geven ze aan. Geen enkel land werpt een blokkade op voor de uitlevering van pootgoed als gevolg van het coronavirus, waardoor alle transporten doorgang kunnen vinden. De transportbewegingen van pootgoed zijn het grootst in de maanden maart en april, maar hierin zijn geen bestellingen geannuleerd. 

Wel wordt het transport en en het uitleveren bemoeilijkt door de coronamaatregelen van verschillende landen. Aan de overheden en ook de politiek in de diverse exportbestemmingen is ook verduidelijkt dat pootgoed moet worden gezien als belangrijk uitgangsmateriaal voor de voedselvoorziening en dat het transport daardoor moet doorgaan. 

Niet minder pootgoed telen
De pootgoedtelers gaan het areaal voor dit teeltseizoen niet inkrimpen, aldus Van der Werff. Ook HZPC adviseert de telers niet om minder pootgoed te telen, zegt Gerard Backx. "De telers hebben voor aankomend seizoen de bouwplannen al rond. Dan gaan wij niet nu nog adviseren om minder pootgoed te telen. Wel waarschuwen we de telers dat de prijzen van het pootgoed in de overmaat niet goed gaan uitvallen."

HPZC adviseert de telers daarom wel om dit jaar extra te letten op het 'in de maat houden' van de pootaardappelen, geeft Backx aan. Van der Werff merkt daarbij op dat de prijzen van de bovenmaat zeer slecht zijn. "Begin januari lagen de prijzen rond de €10 à €13, maar hier is helemaal geen sprake meer van."