Suiker Unie is in week 50 gestart met de teeltvergaderingen voor hun telers. Een van de meest besproken onderwerpen is het zogenaamde 'bietentoerisme'. De coöperatie verschafte dit jaar helderheid en regels op dit vlak, maar strookt dit wel met de behoeftes van de bietentelers?
Onder andere tijdens de eerste teeltvergadering van het seizoen, die in Dronten werd georganiseerd, werd veel gesproken over bietentoerisme en de keuzes die Suiker Unie hierin heeft gemaakt. Leeft het in Flevoland meer dan elders in Nederland?
Fenomeen in Flevoland
Gert Sikken, agrarisch directeur van Suiker Unie, durft hier geen harde uitspraken over te doen: "Ik kan de redenatie wel volgen. Flevoland kent goede grond, waarop veel alternatieve teelten mogelijk zijn. Het is voor telers een reden om scherp te zaaien. Bovendien zijn de opbrengsten er vaak zeer goed, ook in dit uitzonderlijke jaar. Toch wordt bietentoerisme wel landelijk toegepast."
Sikken wil niet zo ver gaan om over een stevige discussie te spreken. "Een aantal mensen hebben vragen. De meest gehoorde reactie is dat zij het beleid te streng vinden. Ik moet echter voorzichtig zijn, want we zijn pas net met de landelijke vergaderingen begonnen. Alle vragen worden meegenomen in de evaluatie, het is nog te vroeg om hier conclusies aan te binden."
Regels voor bietentoerisme
Het schuiven met vrachten suiker(bieten) tussen 2 telers gebeurde tot dit seizoen in de schaduw van de coöperatie. Dat is veranderd, omdat Suiker Unie het is gaan faciliteren. Daarvoor worden eisen gesteld. Zo moet de teler minimaal aan zijn leverplicht kunnen voldoen (gemeten over 5 jaar); te scherp zaaien en vrachten bijkopen is er niet bij. Daarnaast moet vroegtijdig, bij het aangeven van de laadlocatie, al worden opgegeven of je aan bietentoerisme wil doen.
Daar zit voor telers het knelpunt. Pas bij het rooien komen ze erachter dat er 1 vracht bieten te weinig is gerooid. Zeker wanneer de buurman wel over voldoende surplus bieten (c-suiker) beschikt, is het zuur wanneer het op dat moment niet mogelijk is om een vracht over te hevelen van teler naar teler.
De reden voor deze regels hebben niets met de traceerbaarheid van het product te maken. "Maakt een teler onterecht gebruik van de situatie, dan ontvangt hij ledentoeslag op bieten die hij niet zelf heeft geteeld. Daar heeft de coöperatie moeite mee", aldus Sikken. "Het gaat ten kosten van het collectief. Om deze reden hebben de bestuurders ingegrepen en regels gesteld. Wie voldoende heeft gezaaid mag van de regeling gebruik maken. Naar schatting komt 65% tot 70% van de leden hiervoor in aanmerking."
Ontheffing leveringsplicht
In het magazine van Cosun zegt voorzitter Dirk de Lugt dat 365 telers dit jaar te weinig hebben gezaaid (op basis van hun leveringsplicht). Zij moeten ontheffing aanvragen. Sikken benadrukt dat deze groep mogelijk niet aan de leveringsplicht kan voldoen. De groep vertegenwoordigt zo’n 4% van het totale ledenaantal. "Het aantal telers dat te weinig levert, komt misschien uit op enkele tientallen", zegt hij. "Het gaat zeker niet om honderden bedrijven, maar om de risicocategorie. Alleen deze telers riskeren een boete."
In hetzelfde voorwoord kondigt De Lugt aan dat de leveringsplicht in 2019 niet wordt verhoogd. De coöperatie paste in november de toewijzing voor komend seizoen nog aan van 95% naar 100%. Realiserende dat het bouwplan voor sommige bedrijven reeds vastligt, is besloten niet aan de leverplicht te sleutelen. Die wordt naar rato van toewijzing bepaald; dat is doorgaans 85% leverplicht bij 100% toewijzing. Voor 2019 bedraagt de leverplicht 80,75%.
Shoppen of telen
Wie gebruik wil maken van bietentoerisme, moet dit jaar voldoen aan de toewijzing van 95%. Of de gedaalde leverplicht het aandeel van te scherp zaaiende telers vermindert, kan Sikken nog niet zeggen. "We denken dat er een klein aantal telers is die in het seizoen bewust 'shoppen' om bieten aan te kopen", zegt hij.
"Dat is een werkwijze waar de coöperatie niet positief tegenover staat. Het huren van grond voor de bietenteelt (en dat vooraf bij Cosun melden), behoort wel tot de mogelijkheden. De teler moet dit areaal opgeven en is uiteraard ook verantwoordelijk voor de teelt en teeltregistratie. Ook als de percelen in een andere regio liggen en de teelt in loonwerk uitgevoerd wordt. De eigenaar van de ledenleveringsbewijzen (LLB) is uiteindelijk verantwoordelijk om het areaal en de laadlocaties op te geven. Wij gaan niet over zijn verdere huurovereenkomst."
Suiker Unie is alleen streng op telers die bewust scherp zaaien en daarmee hun leverplicht in gevaar brengen. Valt de opbrengst fors lager uit door weersextremen, dan is het een ander verhaal. Daarom werd door Suiker Unie deze zomer al een 'generaal pardon' uitgevaardigd, toen bleek dat de opbrengst (door droogte) fors lager uit ging vallen. Volgens de recente planning eindigt de suikeropbrengst op 13,2 ton per hectare, ten opzichte van een eerder schatting die op 14,3 ton per hectare uitkwam.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.