Na een terugval, als gevolg van de eerste opbrengstraming van het CBS, heeft de Countus Akkerbouwindex november gebruikt om op te krabbelen. Een licht stijgende tendens op de aardappeltermijnmarkt en fors hogere uienprijzen maken dit mogelijk.
Afgezien van de prijs voor EU-voertarwe, stijgen alle meegenomen productprijzen. Vooral de Emmeloordse notering voor zaaiuien (30% tot 60% grof) toont een ongekende stijging. Op 7 november noteerde deze nog €27,50 per 100 kilo, om op 28 november uit te komen op €43 per 100 kilo.
Uienteelt in spagaat
Het te verwachten effect wordt gedempt door de extreem lage opbrengst. Het CBS becijfert de totale zaaiuienopbrengst op 825.000 ton, van 25.650 hectare. Circa 1 jaar eerder was dat 1,45 miljoen ton, afkomstig van 26.123 hectare. Een prijsstijging van 56% wordt daardoor gecompenseerd door een minderopbrengst van 43%. Per saldo schiet de Akkerbouwindex, en dus het inkomen van de boer, er niets mee op.
Ook de aardappelopbrengst heeft met een duidelijke minderopbrengst te maken (23%). Het aprilcontract voor 2019 dipte begin november tot €28,60 per 100 kilo, om vervolgens op te veren naar €30,60 per 10 kilo op 28 november. Ook hier houdt de opbrengst het rendement in de tang.
Aangepaste bietenprijs
Voor de suikerbietenteelt zijn eveneens voorlopige opbrengstcijfers gepubliceerd, die tevens fors lager liggen. In totaal wordt er 6,9 miljoen ton suikerbieten verwacht, wat 1 miljoen ton minder is ten opzichte van 2017. Echter, de Akkerbouwindex rekende nog met de suikerbietenprijs van 2017. Die bedroeg toen €45,60 per ton.
Dit is echter geen eerlijke vergelijking met de realiteit van dit seizoen. Dankzij een extreem laag prijsniveau op de suikermarkt, wordt verwacht dat de uiteindelijke uitbetalingsprijs van Cosun fors lager uitkomt (ten opzichte van 2017). De basisprijs voor 2018 bedraagt €32,50 per ton en naar schatting komt hier niet veel bij. Ondanks dat dit niet de definitieve uitbetalingsprijs is, nemen we hem toch mee in de Index (voor een eerlijke vergelijking).
Effect op Index
Het effect van de prijsaanpassing is significant op de Index. Gerekend met de oude cijfers komt de Index in week 48 bijvoorbeeld uit op 119,4 punten. Passen we hier echter de nieuwe berekening op toe, dan zakt het niveau af naar 110,4 punten. Daar waar de Index, op basis van de toen beschikbare gegevens, eerder nog als een van de beste uit de bus kwam sinds 2004 is dat nu niet langer het geval.
Ondanks de ongekend hoge uienprijzen, een stabiel hoge aardappelprijs en standvastige voertarweprijs profiteert de akkerbouwer nauwelijks. Die conclusie kan uit de Index worden getrokken. Het weerspiegelt de harde werkelijkheid. Een gemiddelde schetsen is dit seizoen onmogelijk, want de onderlinge verschillen in het bedrijfsinkomen zijn gigantisch. Wie vrij te verkopen product van goede kwaliteit heeft, gekoppeld aan een gemiddeld tot goede opbrengst, is spekkoper. Voor het gros is dit echter geen realiteit. Er wordt niet of nauwelijks geprofiteerd.
Ben je geïnteresseerd in de economische situatie van de boer en zijn positie in 2019? Kom dan dinsdag 18 december naar het Nationaal Economisch Landbouwcongres in Flint te Amersfoort, waar interessante sprekers achtergronden schetsen bij de akkerbouw-, melkveehouderij- en varkenshouderijsector. Abonnees van Boerenbusiness kunnen 2 gratis kaarten reserveren.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.