Om aan alle plannen te kunnen voldoen moet de Franse aardappelteelt jaarlijks met bijna 5% groeien. Dat kan in opbrengst, maar in de praktijk moet het vooral uit het areaal komen. Vijf bedrijven hebben in Noord-Frankrijk een nieuwe fabriek gebouwd, of ze hebben daartoe plannen. Dat maakt van de regio Hauts-de-France de 'aardappelvallei' van Frankrijk, zoals ze het zelf noemen.
Het Franse overheidsbureau gaat dit jaar uit van 178.000 hectare consumptieaardappelen. Dat is een groei van 24.000 hectare, ofwel 15,6%. Bij deze enorme groei kunnen wel wat vraagtekens worden gezet. Telersorganisatie UNPT en verwerkingsorganisatie GIPT gaan uit van 170.000 hectare consumptieaardappelen.
Recordopbrengst
Het landbouwministerie rekent met een hectareopbrengst van 42,3 ton. Dat levert 7,54 miljoen ton aardappelen op in theorie. Vorig jaar werd 6,71 miljoen ton gerooid (43,6 ton per hectare). Een stijging van 12,3%. Wordt dit werkelijkheid dan is het een recordopbrengst die het oude record van vorig jaar ruimschoots overtreft.
De Franse aardappelsector heeft dergelijke records wel nodig om aan alle ambities te voldoen. Tot en met 2030 moet het areaal met 40.000 hectare toenemen om alle lijnen draaiende te houden. Clarebout heeft inmiddels zijn fabriek in Bourbourg, nabij Duinkerke, draaien. McCain voert flinke updates en uitbreidingen door en Ecofrost en Agristo hebben eerder aangekondigd om nieuwe fabrieken te gaan bouwen.
Groei in het noorden
De fritesaardappelteelt is, net als de verwerking, geclusterd in het noorden van Frankrijk. Hoofdzakelijk in het gebied Hauts-de-France. Daar groeien dit jaar 108.400 hectare aardappelen (goed voor 4,3 miljoen ton). Nord-pas-de-Calais is goed voor bijna 60.000 hectare en Picardië voor 49.500 hectare. Het gaat hierbij om consumptie, pootgoed en zetmeel, al is die laatste dit jaar wel gekrompen. Ook het tafelaardappelareaal wordt geraakt door de uitdijende teelt van fritesaardappelen.
Goede grond, weinig stenen, grote percelen en ruime bouwplannen zijn een ideale mix die de noordelijke akkerbouwgebieden aardappeltelers kunnen bieden. Daarnaast kan er op veel plekken ook beregend worden, wat inmiddels wel een vereiste is. Dit seizoen zijn de Franse collega's er beter doorheen gekomen dan collega's in België of het zuiden van Nederland, waardoor de gewassen er redelijk tot goed opstaan.
Eigen frites eerst
Frankrijk heeft jarenlang toegezien dat een deel van de aardappelen over de grens naar België verdween om daar te worden verwerkt. In Frankrijk staan 22 fritesfabrieken, maar de vier grootste zijn opvallend genoeg samen goed voor 80% van de productie. In totaal wordt op jaarbasis 600.000 ton aan aardappelproducten geproduceerd, waarvan driekwart bevroren frites, volgens cijfers van GIPT. In buurland België zijn ondertussen 16 fabrieken actief die samen 2,8 miljoen ton frites produceren.
Momenteel is Frankrijk netto-importeur van frites. 77% van alle geconsumeerde 'pommes frites' is van Franse origine. Uiteraard wil de industrie in eigen land dat cijfer flink verhogen, waardoor er nog wel wat groei mogelijk is. Daarnaast wil het ook op de wereldmarkt een grotere vinger in de pap hebben. 4,7% groei op jaarbasis moet volgens GIPT mogelijk zijn.
Ook België groeit
Buurland België laat ondertussen dit jaar eveneens een areaalstijging zien, al gaat het om een meer bescheiden 5.200 hectare. Goed voor 5,4% groei ten opzichte van 2023. Daarmee komt het areaal ruim boven de 100.000 hectare uit. Afgelopen jaar werd volgens officiële cijfers 12,4% meer aardappelen gerooid goed voor 3,73 miljoen ton. Dat is opvallend te noemen, gezien de desastreus verlopen oogst. Het opbrengstcijfer komt neer op 42,8 ton per hectare. Reken je daarmee voor dit jaar, dan komt de potentiële opbrengst op 4,35 miljoen ton. Gezien de sterk tegenvallende nagroei in de hoofdoogst, die erg laat is gepoot, is de kans groot dat de opbrengst weleens vies kan tegenvallen. Aardappelen uit Frankrijk blijven dus ook dit verwerkingsseizoen nog broodnodig voor de Belgische industrie.