Pootgoedtekort tast export binnen Europa amper aan

In totaal is er 304.000 ton pootgoed uitgevoerd naar Europese landen tot en met 31 maart. Dat is 2,8% minder dan vorig seizoen op hetzelfde moment. Vergeleken een maand eerder is het wel een groot verschil: toen liep de pootgoedexport naar Europa juist nog met 14,5% voor. Volgens verschillende bronnen komt dat voor een groot deel doordat afnemers probeerden hun pootgoed zo snel mogelijk in handen te hebben. Dit met oog op het pootgoedtekort en zodoende bang de gewenste tonnen later niet meer te kunnen ontvangen. Het waren met name de Zuid-Europese bestemmingen die hard aan het Nederlandse pootgoed trokken.

Grotere maatsortering van invloed op export
Gezien de bovengemiddelde pootgoedopbrengst van oogstjaar 2022 en de juist ondergemiddelde opbrengst van afgelopen jaar (2023) valt de achterstand in export van 3% tot nu toe mee en is het cijfer toch wat opmerkelijk.

Wel moet rekening worden gehouden dat de gemiddelde maatsortering dit seizoen een stuk groter is, wat ook invloed heeft op de totale export in tonnen. Als voorbeeld vindt veel 50/60 zijn weg, terwijl er ook veel gesneden wordt in de fritesrassen. In de exportcijfers van de NAO worden alle maatsortering pootgoed wat door de NAK gecertificeerd is meegenomen.

De grootste afnemer is Italië met ruim 55.500 ton pootgoed. Dit is al 4% meer als het totaal volume vorig seizoen en het verschil loopt met april erbij nog verder op. Duitsland nam ruim 51.000 ton af, wat vrijwel gelijk is met afgelopen jaar. De export naar België staat op 55.000 ton en loopt 21% achter vergeleken met vorig jaar. Ook Frankrijk nam 13% minder af met 27.000 ton poters. De lagere export naar onze zuiderburen is goed terug te zien in de totale export, omdat veel Europese landen ongeveer gelijke hoeveelheden hebben afgenomen dan andere jaren en de onderlinge plussen en minnen elkaar grotendeels wegstrepen. Verder valt op dat Spanje 17% meer heeft afgenomen tot nu toe.

Ook de export naar landen die niet lid zijn van de EU, zoals Montenegro, het Verenigd Koninkrijk en Turkije, loopt met 48.500 ton in totaliteit redelijk gelijk met afgelopen seizoen. Het VK en Turkije namen iets meer af, terwijl er niets naar Rusland is geëxporteerd. Dit in tegenstelling tot vorig jaar toen er 3.500 ton naar Rusland toe was geëxporteerd tot en met maart.

Afrika en Azië nemen derde minder af
In zijn totaliteit loopt de pootgoedexport wel fors achter. Er is dit seizoen in totaal 586.000 ton uitgevoerd, vergeleken 694.000 ton vorig seizoen in dezelfde periode. Dit is een daling van 15,5%. De export naar Afrika zit er al even op en ook de export naar Azië is zo goed als afgerond. Juist daar is er sprake van achterstand. Afrika nam 31% minder af dit seizoen, waarbij de export naar Egypte bijna halveerde in tonnen. Ook Marokko en Algerije namen fors minder af. Azië nam tot nu toe zelfs 33% minder af, waarbij de export naar Irak met 11.000 ton bijna is gehalveerd. Syrië nam slechts 3.600 ton af, vergeleken 14.300 ton vorig seizoen. Ook Pakistan en Bangladesh namen bijna de helft minder af. De export naar het continent Amerika loopt net iets achter. Hierbij heeft Cuba, ondanks eerdere berichten, toch eenzelfde hoeveelheid pootgoed heeft afgenomen dan het seizoen ervoor.

Afrika ook terug te zien in export consumptieaardappelen
Ook de export van consumptieaardappelen loopt achter, volgens de exportcijfers van de NAO. Tot en met 31 maart is er 593.000 ton geëxporteerd, tegenover 657.000 ton vorig seizoen. Ofwel 10% minder. Deze achterstand zit hem ook deels in de export naar Afrika. Tot nu toe is er 66.000 ton verscheept, tegenover 107.000 ton vorig seizoen. Mauritanië neemt met 8.000 ton fors minder af dan de 21.000 vorig seizoen, terwijl ook Senegal en Ivoorkust flink minder hebben geïmporteerd. De export naar Europese landen loopt ook achter met een kleine 4% en komt uit op 466.500 ton. België neemt met 323.000 ton het grootste volume af.