De EU-4 stevent af op een zeer gewone aardappeloogst, zo becijfert aardappelorganisatie Northern European Potato Growers (NEPG). Daarbij merkt de organisatie op dat er behoorlijk grote kwaliteitsproblemen zijn. Naast hol en rot houdt knolphytophthora behoorlijk huis in de vier belangrijkste Europese aardappellanden.
Na een moeizaam voorjaar volgde een moeizame zomer in de vier landen: Nederland, België, Duitsland en Frankrijk. De NEPG raamt de totale consumptieaardappeloogst op 23 miljoen ton. Dat is 1,3 miljoen ton meer dan vorig jaar werd gerooid en 1 miljoen ton minder dan het vijfjarig gemiddelde.
Phytophthora-impact
De NEPG geeft tegelijk een waarschuwing af dat phytophthora infestans grote impact gaat hebben op de aardappeloogst van dit jaar. Vooral omdat knolphytophthora een issue is in veel percelen. Het juiste moment van loofdoden en een goede bewaarplanning zijn daarom erg belangrijk, zo oordeelt de organisatie. Daarnaast zijn er ook problemen met hol, misvorming en rot. Een lager onderwatergewicht kan zorgen voor lagere opbrengsten bij de fritesproductie.
De aardappeloogst ligt qua volume tussen 2020 en 2021 in. Ten opzichte van twee jaar geleden hebben Europese verwerkers behoefte aan 2 miljoen ton meer fritesaardappelen, zo schrijft de NEPG, en die gaan er dus niet komen. Een kleinere Poolse aardappelproductie en minder aardappelen in Zuid-Europa zorgen ervoor dat ook de exportmarkt al op volle toeren draait. Dat zorgt voor concurrentie.
Groeiachterstand niet goedgemaakt
De drie weken groeiachterstand die dit voorjaar zijn opgelopen door een latere pootdatum worden niet helemaal goedgemaakt. Anders moeten telers hun aardappelen tot half oktober laten groeien alvorens ze dood te spuiten. In hoeverre de problemen met de gevreesde aardappelziekte voor een staartje gaan zorgen, is afhankelijk van het weer de komende periode.
NEPG maakt ook de balans op qua definitief areaal. De juiste cijfers kwamen pas zeer laat boven water. Nederland is de vreemde eend in de bijt. Ons land laat als enige een minnetje zien. De stijging van 4.284 hectare in België is opzienbarend te noemen. In Frankrijk is dat met 4.350 iets groter, maar gezien de omvang van het land niet vreemd. Voor Duitsland wordt hoegenaamd geen wijziging doorberekend. Ten opzichte van het vijfjarig gemiddelde is de teelt 2% toegenomen.