De prijs van een ton diepgevroren frites uit Europa is op de wereldmarkt in een jaar tijd met 65% toegenomen. In oktober nam de prijs met nog eens 8% toe. Dat heeft kopers niet afgeschrikt, al gaan landen verschillend om met de ongekende prijsstijgingen. De oorlog heeft duidelijk impact op de afzetmarkten in Oost-Europa, maar dit doet niets af aan de recordcijfers die de fritesmarkt opschrijft.
Nieuwe data, afkomstig uit het geharmoniseerd handelssysteem, wijst uit dat de gemiddelde prijs van een ton diepgevroren frites uit de EU-27 €1.160 kostte in oktober. Dat is een stijging van ruim 8% vergeleken met september en maar liefst 65% meer dan dat een jaar geleden werd betaald. Europese producenten van frites hadden afgelopen zomer moeite om de alsmaar stijgende kosten door te berekenen, wat uiteindelijk is gelukt.
In oktober zette de EU-27 10% meer eindproduct af dan vorig jaar het geval was in diezelfde maand. Ten opzichte van september lag het exportniveau slechts minimaal lager. Dat heeft niet alleen te maken met het prijsniveau, maar ook met een beperkte beschikbaarheid van aardappelen in Noordwest-Europa. Vooral in de EU-5 is dit merkbaar.
Fritesprijs klinkt door in contractprijs
Bovenop de recordprijzen is het de aardappelverwerkers gelukt om een prijsbuffer in hun productprijzen te verwerken, zo vertelde Vavi-directeur Andries Middag in september in de Boerenbusiness-studio. Zo kunnen plots stijgende kosten voor bijvoorbeeld energie op voorhand deels worden gecompenseerd. Een combinatie van historisch hoge fritesprijzen en een gezonde vraag zorgt ervoor dat bedrijven stevig in hun schoenen staan. Dit is vertrouwen is terug te zien in de lijn van de contractprijzen, die voor oogstjaar 2023 met 35% tot 40% toenemen.
De kosten voor de verwerkende industrie zijn afgelopen maanden niet veel verder toegenomen. Energieprijzen zijn zelfs behoorlijk naar beneden gekomen. Ook het prijsniveau van plantaardige oliën ligt lager. Prijzen voor verpakkingsmaterialen tonen zich stabiel of een dalende trend.
Consumenten bestellen door de toenemende inflatie minder online en dat merkt de verpakkingsbranche. De Drewry World Container Index voor het traject Roterdam – Shanghai is ten opzichte van vorig jaar met circa 50% afgenomen. Gemiddeld over alle routes is de tariefdaling met 77% nog groter. Al 43 weken op rij daalt de prijs. Deze zit inmiddels lager dan het pre-coronaniveau. Insiders verwachten dat het prijsniveau stabiliseert en mogelijk weer licht toeneemt. De prijs van koelcontainers (reefers) is eveneens gedaald, maar minder hard dan een standaard 40 voet container. De spotprijs van een reefer bedraagt nu $4.300 waar dat pre-corona nog $2.185 was.
Volumes stijgen ondanks prijs
Grootste afnemer van Europese frites blijft Saudi-Arabië, terwijl het prijsniveau in een jaar tijd bijna 80% is toegenomen. In oktober werd iets meer product afgenomen dan in september. Op nummer twee staat de Verenigde Staten, die dankzij een kleine eigen oogst grote volumes blijft invoeren. Een vijfde meer frites werd in oktober geïmporteerd. Het land betaalde 55% meer dan in 2021 het geval was. Op plek drie staat Brazilië, dat als een van de weinige landen minder frites heeft gekocht. Het land worstelt met het prijsniveau dat bijna is verdubbeld in een jaar tijd. Toch ligt de totale invoer over 2021/22 slechts 1,5% onder het niveau van dezelfde periode een jaar daarvoor.
De grootste afname is zichtbaar bij Rusland. In oktober halveerde de import bijna en over een periode van twaalf maanden werd de invoer van frites eveneens gehalveerd. Dit beeld is ook in Oost-Europese landen als Wit-Rusland en Oekraïne zichtbaar. De totale regio heeft in een kwart minder frites gekocht en verlaagde ook in oktober het volume. Een alternatief voor de Europese frites is voor Rusland en haar buurlanden lastig te vinden. De eigen productie is verre van toereikend. Daarom is dit jaar toenadering gezocht tot Turkije. De mogelijkheden van de Turkse industrie is beperkt om deze vraag volledig te benutten.
Schaarste
Ten opzichte van vorig seizoen is naar het Europees deel van Rusland en de buurlanden 52.733 ton minder eindproduct geëxporteerd. Reken je dat om in tonnen aardappelen, dan praat je over 90.000 tot 95.000 ton product. Gezien de omvang van de Europese aardappeloogst dit seizoen kunnen we concluderen dat het uitblijven van de Oost-Europa vraag geen nadelig effect op de markt heeft gezien de schaarste aan aardappelen. Met andere woorden: was Rusland wel aan de markt, dan had Europa niet in deze behoefte kunnen voorzien.
Het Zuid-Amerikaans continent kocht in oktober eveneens minder aardappelproducten. Naast Brazilië laat vooral Argentinië het afweten. Dit land probeert zijn fritesexport naar buurlanden zelf te ontwikkelen en voert daarom minder in. Over een periode van twaalf maanden blijft de export naar Zuid-Amerika voorlopig wel in het groen staan. Een ander land dat minder frites kocht is Zuid-Afrika, dat na een jarenlange antidumpingheffing, opnieuw Europese frites boycot.
Frites is inflatie-proof
Halverwege dit jaar bereikte de gemiddelde fritesprijs de cruciale drempel van €1.000 per ton. Deze horde werd na een aarzeling zonder vraaguitval genomen. Vooralsnog koelt de markt nog niet af, waarmee de vraag blijft staan wat het prijsplafond op de fritesmarkt is. Naar verwachting laat november ook nog cijfers met een plus zien. December is traditioneel de grootste consumptiemaand in veel landen. Lokale economieën bepalen uiteindelijk wat de maximale prijs is. Hoge inflatiecijfers hebben op de fritesconsumptie een kleinere impact dan bijvoorbeeld op een biefstuk op datzelfde bord. Frites blijven relatief goedkoop voedsel, dat daarom juist meer wordt geconsumeerd.
De EU-5 (inclusief Polen) heeft ten volle geprofiteerd van de fritesvraag. De export bereikte in september een recordhoeveelheid van 530.000 ton, tegenover 500.000 ton vorig jaar. Voor Nederland weten we al dat de fritesproductie in oktober heeft gepiekt en over november afnam. Wel blijft de aardappelverwerking bovengemiddeld gezien het meerjarig gemiddelde. In Polen is de grootste exportdaling zichtbaar. Vooral omdat het land kampt met een krappe aardappeloogst. Frankrijk ziet dit seizoen de grootste plus. België blijft de prijsvechter op de markt, maar de verschillen met zijn buurlanden neemt zienderogen af.
Interne vraag
Opvallend is ook dat groei van de export bij de EU-5 vooral mogelijk wordt gemaakt door meer vraag binnen de Europese Unie. Over een periode van twaalf maanden nam de uitvoer naar andere Europese landen met 15% toe, terwijl de groei buiten de EU slechts 2,5% bedroeg. De 'interne markt' mag dan verzadigd zijn, vanwege het hoge consumptieniveau van frites tikken ook kleine procentuele stijgingen aan in de exportcijfers.