Pootgoedhandelshuis Agrico heeft in het boekjaar 2021/22 een recordomzet weten neer te zetten. Hierdoor lukte het om ondanks de directe kostenstijging de uitbetaling aan telers toch met bijna 20% te verhogen. Dat terwijl het een uitdagend seizoen was vol moeilijkheden.
Covid-19 en de oorlog tussen Oekraïne en Rusland waren van grote invloed op de afzet van pootaardappelen het afgelopen seizoen. Ook was het bij veel bestemmingen een grote uitdaging om tijdig en voldoende containers te vinden om de aardappelen te verladen. Ondanks dat wist Agrico een recordomzet te realiseren, zegt directeur Jan van Hoogen in een persbericht. "De marktsituatie en de moeilijkheden om de aardappelen op tijd te verladen, maakten 2021/22 tot een uitdagend seizoen. We zijn dan ook zeer tevreden dat we tóch een flinke verbetering van het resultaat hebben kunnen realiseren".
Recordomzet
Agrico behaalde het afgelopen boekjaar een totale omzet van €343 miljoen, een record. In seizoen 2020/21 bedroeg de omzet nog €293 miljoen. De groei in omzet komt voornamelijk uit het pootgoed met €33 miljoen. Ook de consumptieaardappelen waren goed voor €12 miljoen extra ondanks dat het aanbod met 20% daalde in 2021/22. De overige €5 miljoen is toe te schrijven aan de buitenlandse dochterondernemingen van Agrico.
Door de hogere omzet lukte het om ondanks de directe kostenstijging van 35% de uitbetaling aan telers toch met bijna 20% te verhogen. Vergeleken met vorig boekjaar lag de gemiddelde prijs van pootaardappelen 20% hoger en de prijs van consumptieaardappelen circa 47% hoger. Ook voor biologisch pootgoed werd meer betaald, maar vanwege Phytophthora viel de opbrengst gemiddeld lager uit.
Over de vooruitzichten voor boekjaar 2022/23 is Agrico redelijk positief. De vraag naar voedsel is enorm en zal alleen maar stijgen de komende jaren. Wel zal de kostprijs voor de teelt van pootaardappelen komend jaar verder stijgen. Datzelfde geldt voor de kosten van transport en met name de zeevracht.