De aardappelen zijn nog maar amper uit de grond of de discussie en het nadenken over volgend seizoen is alweer begonnen. Er liggen grote uitdagingen voor zowel teler als verwerker. Voor de teler om de juiste keuze te maken en voor de afnemer om een kostendekkend contract te presenteren.
Afgelopen seizoen is een flinke stap gemaakt door verwerkers met het verhogen van de contractprijzen. In de huidige markt lijkt deze alweer achterhaald. De vijf grote aardappelverwerkers in Nederland lieten hun contractprijzen met €2,42 tot €3,17 per 100 kilo stijgen, afhankelijk van het ras en de leverperiode. In 2020 daalde de contractprijzen in sommige gevallen nog iets, veroorzaakt door de gevolgen van de coronapandemie. Achteraf een foute inschatting van de verwerkers, waar ze nog vaak aan herinnerd worden. Deze prijsverlaging zette uiteindelijk een trendbreuk in van de groei van het areaal.
Stimulans
Na jaren van groei in het consumptieaardappelareaal – voornamelijk in Frankrijk – kenterde in 2020 deze beweging. Telers waren niet langer bereid om zoveel risico te lopen voor een laag rendement. Voor het eerst daalde het areaal. In 2021 moest dit gecorrigeerd worden en telers gestimuleerd om meer aardappelen te telen. De investeringen in de verwerkingscapaciteit waren immers wel doorgegaan en de grote verwerkers stonden in 2021 klaar om een recordhoeveelheid aardappelen te verwerken en uiteindelijk een recordhoeveelheid frites te exporteren, nadat corona niet langer de afzet beperkte.
Het uitbreken van de oorlog in Oekraïne maakte de zaken onzeker maar, de start van de oorlog eind februari was voor veel telers net te laat om hier nog op te anticiperen. Daardoor groeide het areaal toch in 2022 en verhoogde de verwerkers hun contractprijzen significant. Een aantal verwerkers verhoogden zelfs gedurende de contracteringsperiode hun contractprijzen. Iets wat in het verleden nog nooit eerder is gebeurd. De belangrijkste insteek was om de teelt van aardappelen te blijven stimuleren en zo een voorsprong te behouden op teelten als graan en uien.
Door de timing van het contracteren lukte het de meeste fabrieken om toch aan hun gewenste volume aardappelen te komen en deze op een vaste prijs vast te leggen. Daarmee kon in theorie de verwerkingscapaciteit voldoende rendabel benut worden.
Vraag en aanbod
Dat het groeiseizoen vervolgens zeer matig was, en binnen de EU-27 de laagste opbrengst in vijftien jaar werd behaald, lijkt de markt niet echt te raken. Verwerkers benutten de beschikbaarheid vanuit contractaardappelen en zijn defensief in de verkoop van frites. Daardoor zijn vraag en aanbod goed gematcht, ondanks het lage volume aardappelen. Echter, inmiddels zijn andere markten aardig op drift geraakt en escaleert de kostprijs van de aardappelteelt opnieuw.
Recordprijzen
De prijzen van kunstmest en diesel bevinden zich momenteel op recordniveaus. Bovendien dreigt diesel zelfs schaars te worden. De energie – die nodig is voor de bewaring – laat een vervijfvoudiging van het prijsniveau zien ten opzichte van vorig jaar. Ook een inflatie van 17% zorgt ervoor dat andere teeltkosten voor aardappelen exploderen. Daarmee wordt de aardappelteelt bijna onbetaalbaar.
Een toonaangevend Engels marktbureau berekende afgelopen week dat – bij de huidige teeltkosten van aardappelen – de contractprijzen volgend seizoen met 40% moeten toenemen. Ook de NEPG heeft de rekenmachine erbij gepakt en calculeert dat de teelt (inclusief bewaring) voor komend seizoen €6 per 100 kilo hoger in kosten uitpakt dan in het voorgaand seizoen. Daarmee ontstaat een zeer ingewikkelde situatie voor zowel de teler als verwerker.
Contractprijs tot €26
Bij de kostprijsberekeningen, zoals door deze organisaties gemaakt worden, kom je uit op contractprijzen die liggen tussen de €16 en €18 afland. Voor bewaaraardappelen op week 17 ligt dit prijsniveau rond de €23 tot €26 euro uit de bewaring. Dat zijn hogere prijzen dan de huidige termijnmarkt voor dit seizoen laat zien.
De alternatieven zijn ruim aanwezig. Graan blijft een mooie teelt met lage input en weinig arbeid. Bovendien is het zeer goed voor de grond en biodiversiteit. Vandaag de dag kun je de tarwe voor volgend jaar al verkopen achter de combine voor prijzen rond de €300. Ook de uienteelt blijft goede rendementen geven. Bovendien is hier sprake van een goede marktwerking.
Wil verwerker risico lopen?
De vraag is of verwerkers bereid zijn om zulke hoge vastprijscontracten af te sluiten, of dat ze de prijsrisico's weer terug gaan leggen bij de telers. Immers; aardappelen inkopen tegen hoge prijzen geeft niet altijd direct de mogelijkheid om het verwerkte product direct door te verkopen voor dezelfde hoge prijzen. Bovendien zit er een enorme onzekerheid bij de afzet van frites door de beschikbaarheid van gas, verpakkingsmateriaal, frituurolie en andere benodigdheden. De beschikbaarheid en prijsniveaus hiervan wisselen sterk.
Daarnaast stevent de wereld af op een enorme economische recessie waarbij waarschijnlijk de horeca en evenementensector ook flinke klappen gaan krijgen in hun omzet. De consument kan zijn geld maar één keer uitgeven. Als dat grotendeels aan gas en licht opgaat blijft er weinig budget over om van uit eten te gaan. Met deze onzekerheden in het achterhoofd is het de vraag welke aardappelverwerker vooraf 90% van zijn aardappelbehoefte vast wil leggen in januari en februari zonder zekerheid te hebben in de afzet. Daarbij laat de huidige dagmarkt zien dat ook bij schaarste de prijs van aardappelen niet boven de €25 uitkomt.
Rekenmachine
Het wordt een ingewikkelde puzzel voor zowel de teler als de verwerker waarbij het voortbestaan van de aardappelteelt weleens in een cruciale fase kan komen. Daarmee kan Europa, als leider op de wereldfritesmarkt, aangetast worden. Voor de teler geldt dat de rekenmachine zijn belangrijkste machine in het machinepark blijft. De lust voor risico is een belangrijke afweging van wat er komend jaar de grond in gaat.