De aardappelgewassen in Noordwest-Europa hebben een serie zeer warme dagen achter de rug. Daarbij is met recht sprake van een slijtageslag. Deze zorgt ervoor dat de gewassen versneld afrijpen. Opvallend zijn ook de enorme regionale verschillen. Ook tussen percelen is soms een flinke variatie in opbrengst en afrijping, zo tonen nieuwe proefrooicijfers.
Op 8 en 9 augustus hebben de Belgische aardappelorganisaties – waaronder PCA en Fiwap – in Vlaanderen Wallonië opnieuw 33 percelen Fontane bemonsterd. Vooral de pootdatum zorgt ervoor dat er onderling grote verschillen merkbaar zijn. De vroeg gepote percelen behalen de hoogste opbrengsten, maar de late percelen staan juist weer het groenst. Ook zijn daar de meest kwaliteitsproblemen te vinden, met name doorwas.
Opbrengst zakt onder gemiddelde
Gemiddeld komt de bruto-opbrengst uit op 35,4 ton per hectare met een fikse spreiding tussen 18 en 49 ton. Dit betekent dat er sinds de vorige meting 340 kilo per dag is bijgegroeid. Gezien het droge weer is dat niet slecht, al moet worden opgemerkt dat deze monsters voor de huidige hittegolf genomen zijn. Vijf Vlaamse percelen worden beregend. Door deze ondermaatse groei zakt de opbrengst onder het meerjarig gemiddelde van 37 ton per hectare. De grofte is ook toegenomen met 22 ton per hectare 50 millimeter of grover. Ook dat is eveneens ondergemiddeld.
De onderwatergewichten zijn extreem in België met gemiddeld 440 gram. Dat is uniek. Het maximum ligt inmiddels boven de 500 gram met een ondergrens van 400 gram. Het loof is gemiddeld 30% afgerijpt, met opnieuw een flinke spreiding tussen 0% en 70%. In Wallonië staan de aardappelen gemiddeld iets groener dan in Vlaanderen, waar het ook droger is. De bakkwaliteit is uitstekend, maar er zijn ook kwaliteitsproblemen waargenomen, vooral op een zeer laat geplant perceel, waar doorwas een probleem vormt. Op de andere percelen is dit sporadisch zichtbaar.
Challenger mist grofte
Ook hebben de Belgische organisaties op 8 en 9 augustus 18 percelen Challenger bemonsterd. Geen van de percelen wordt beregend. De pootdata liggen allemaal in de tweede helft van april. Hier komt de gemiddelde bruto-opbrengst op 34,6 ton per hectare met weer een grote spreiding: 19 tot 45 ton. Het meerjarig gemiddelde van Challenger ligt bij PCA op 37 ton. Opvallend is dat slechts 42% van de opbrengst 50mm of hoger was. Deze 14 ton per hectare is flink minder dan de 23 ton gemiddeld. De afrijping varieert van 5% tot 55% en het gemiddelde onderwatergewicht is 454 gram.
Fontane ondergemiddeld
Ook aardappelhandelsbedrijf Bruwier in West-Vlaanderen heeft de eerste proefrooiingen uitgevoerd. Hun opbrengst van Fontane komt op 32,5 ton netto uit, iets meer dan waar PCA over rapporteert. Het vierjarig gemiddelde bedraagt 34,37 ton. Het eerste cijfer voor Challenger komt op 35,2 ton netto per hectare. De onderwatergewichten bij Bruwier liggen ook boven de 400 gram en doorwas werd niet gevonden. De gemiddelde afrijping voor Fontane bedraagt 53% en die voor Challenger 30%. Of er percelen beregend worden meldt het bedrijf niet.
Versnelde afrijping
Telers in Nederland melden allemaal dat de afgelopen dagen grote impact hebben gehad op de aardappelgewassen. In de bemonstering is nog wel groei zichtbaar, maar deze is ondermaats. Wat vooral zorgen baart is het feit dat de aardappelen nu hard achteruit gaan en zo de potentie missen om te herstellen, mocht er regen van betekenis vallen. In de proefrooiingen mogen de opbrengsten dan misschien redelijk lijken, aan het einde van de groeicurve kunnen straks misschien wel enkele weken groei worden weggestreept.
Vandaag en morgen worden opnieuw twee warme dagen verwacht met maximumtemperaturen net onder de 30 graden. Woensdag staat de eerste bui op het programma. Afhankelijk van het land en de regio varieert de opgegeven neerslag tussen de 15 en 25 millimeter. Alleen in Duitsland blijft het overwegend droog. Maandagochtend viel lokaal een klein buitje, maar niet meer dan 1 tot 5 millimeter. De neerslag van woensdag kan problemen met doorwas veroorzaken, zeker op percelen waar de MH-bespuiting niet goed is geslaagd. Een positief effect op de groei wordt klein geacht, vanwege de extreme droogte en het feit dat na die tijd geen regen van betekenis wordt verwacht en de temperaturen weer oplopen.
Neerslagtekorten stijgen
Het neerslagtekort in Nederland is inmiddels opgelopen tot 271 millimeter en ondanks aanstaande regen blijft dat cijfer verder oplopen. Daarmee komt de droogte gevaarlijk dicht in de buurt van de situatie in 2018. Vooral in het zuidwesten, zuidoosten en oosten is het extreem droog, dit geldt ook voor de westkust in België. Ook het midden van het land wordt steeds droger. In buurland Frankrijk spreekt men inmiddels van een historische droogte. Gemiddeld viel daar in juli slechts 9 millimeter. De verwachting is dat ook augustus extreem droog en heet zal verlopen. Sinds juni is sprake van een hittegolf. Beregeningsverboden in het noordwesten en zuidoosten zorgen ervoor dat boeren weinig meer kunnen redden.
In Duitsland gaat het vooral over de extreem lage waterstanden die een grote hindernis voor het scheepverkeer zijn. Uiteraard ondervindt ook de landbouw problemen door het uitblijven van neerslag. Sinds 1881 was het in Duitsland niet zo droog. Het record van 2018 is inmiddels verbroken. Toen viel in de zomermaanden nog 131mm neerslag, tegenover 103mm dit jaar.