Een aanpassing in de Europese wetgeving zorgt ervoor dat de export van Poolse aardappelen naar andere EU-lidstaten in de toekomst makkelijker kan plaatsvinden. Sinds de toetreding tot de EU in 2004 was het zeer lastig voor Polen om (poot)aardappelen te exporteren. De reden daarvoor is een zeer hoog besmettingsniveau van ringrot, bruinrot, aardappelcysteaaltje en wratziekte.
De Europese Unie heeft op 12 juli wijzigingen doorgevoerd in de wetgeving voor de export van (poot)aardappelen. Een belangrijke wijziging is gedaan in de fytosanitaire wetgeving voor ringrot. Wanneer een partij aardappelen over een plantpaspoort beschikt dat aantoont dat er geen ringrotbesmetting aanwezig is, mag deze partij uitgevoerd worden naar andere EU-lidstaten. Daarvoor is een beoordeling vereist van het Poolse overheidsinstituut SPHSIS, vergelijkbaar met de NAK. Voor pootaardappelen was dit al een vereiste. Voor wat betreft besmetting met ringrot worden Polen en Roemenië expliciet genoemd. Er zijn aanpassingen doorgevoerd voor Globodera pallida (wit aardappelcysteaaltje), Ralstonia solanacearum (bruinrot), Clavibacter sepedonicus (ringrot) en Synchytrium endobioticum (wratziekte).
Partijen gecertificeerd
Het is de vraag of de nieuwe regels in praktische zin veel helpen. Dat is afhankelijk van wat de autoriteiten onder een partij verstaan. Na toetreding tot de EU in 2004 kreeg Polen te maken met strenge exporteisen voor aardappelen. Bijna een kwart van alle bemonsterde aardappelpartijen in Polen waren toen besmet met ringrot. Dit werd vooral veroorzaakt door het gebruik van eigen pootgoed (FFS: Farm Saved Seed) in plaats van gecertificeerd pootgoed.
Professionele aardappelteelt
Door een sterke professionalisering van de aardappelteelt is het gebruik van gecertificeerd pootgoed gemeengoed geworden op de professionele bedrijven. Verwerkers van frites-, chips- en tafelaardappelen eisen van hun telers dat zij gecertificeerd pootgoed gebruiken. Het besmettingsgevaar zit vooral in de binnenlandse teelt. In 2017 was het aantal besmette partijen gedaald tot 7 tot 8 procent. Dat is nog altijd teveel. In andere EU-lidstaten ligt het besmettingsniveau gemiddeld op 0,93 procent.
De export van Poolse aardappelen naar andere EU-landen is gering. Volgens overheidscijfers produceerde Polen in 2021 12.060 ton naar andere lidstaten. Het gaat hierbij om gecertificeerde partijen. Tsjechië was de grootste afnemer gevolgd door Nederland en Duitsland.
Lastig uit te bannen
In 2020 had het landbouwministerie de ambitie een campagne te starten om de aardappelteelt in Polen te professionaliseren en ringrot buiten de deur te krijgen. Dit voornemen is (nog) niet uitgevoerd. Kleinere telers die vroege aardappelen of tafelaardappelen telen gebruiken nog veelal FSS, naar schatting tot wel 80%.
Wat betekent de versoepeling voor de Europese aardappelsector? De export van fritesaardappelen vanuit Polen naar het westen is klein, zo zeggen insiders. Er wordt vooral eindproduct geëxporteerd. Voor exportaardappelen naar buurlanden kunnen de nieuwe regels wel een verschil maken, zo denken de deskundigen.