De Belgapom-notering steeg vandaag (vrijdag 4 februari) naar €20 per 100 kilo voor alle rassen. Een stijging van bijna 20%, oftewel €3) in een week mag een reuzenstap worden genomen. Opvallend daarbij was wel dat Belgapom de stemming stabiel noemt (aanbod is gelijk aan de vraag). Bij een stijging van €3 per 100 kilo verwacht je eerder de stemming 'vast'.
Volgens Belgische handelaren en verwerkers komt deze stabiele stemming doordat er relatief weinig handel wordt gedaan. De transacties die plaats vinden, worden wel op een duidelijk hoger niveau gedaan. Een andere interpretatie kan zijn dat er simpelweg weinig handel wordt gedaan wordt, omdat er weinig aanbod in de markt ligt. Telers zijn niet bereid om aanbod te geven en leunen achterover. Bovendien is er al veel weg en verwerkt.
Hoog verwerkingstempo
Het tempo van verwerken ligt hoog in Europa. De vraag naar frites is goed, de vrieshuizen zijn leeg en de rendementen in de fabrieken zijn laag. Er wordt weinig over gesproken, maar 10% van de Fontane aardappelen kampen met hol. Dat heeft een negatief effect op het rendement van de verwerking. De holle Fontane heeft ook gezorgd dat telers vervroegd afscheid hebben genomen om geen risico in de bewaring te lopen. De telers die nu hun aardappelen nog in de bewaring hebben, lijken hun boxen onder controle te hebben. Zij zijn met de dagelijkse stijging van de prijs nog niet bereid de schuur open te doen.
Belgen spinnen garen
De Nederlandse markt lijkt voor Fontane een beetje achter de Belgische markt aan te lopen. Verwerkers blijven zo lang mogelijk op hun handen zitten om zich niet in hun kaarten te laten kijken en laten daarmee de markt rustig aanvoelen. Ook de Nederlandse industrieën hebben in november en december geprofiteerd van het extra aanbod vanwege kwaliteit (hol) in Fontane, maar ook in Nederland lijkt dat op te drogen.
Verwerkers die veel moeten afrekenen op dagprijs (meeleveraardappelen), omdat ze minder tonnen per hectare hebben gecontracteerd (coronastrategie), lijken niet blij met de snelle en relatief vroege stijging in het seizoen. Zij proberen de geest in de fles te houden in Nederland. Iets wat Belgische verwerkers weer als kans zien en daarom actief zijn op de Nederlandse markt via handelaren, die duidelijk meer betalen dan sommige Nederlandse verwerkers.
Dat de stijging zo vroeg in het seizoen plaatsvindt, is opvallend. Meestal zijn januari en februari niet de meest spectaculaire maanden wat prijsstijging betreft. Dat dit nu wel gebeurd, lijkt een teken aan de wand. De 10 % minder aardappelen die er zijn in de EU-4 vanwege het lagere areaal en een matige opbrengst zorgen voor een vroeg vragende markt. Nu coronalockdowns voorlopig van de baan zijn en de horeca weer open is in heel de wereld, lijkt de vraag naar frites oneindig.{{dataviewSnapshot(2_1643971228)}}
Frites gewild
Met een tekort aan aardappelen (en dus frites) in Amerika, ligt de exportmarkt voor Europese verwerkers wagenwijd open. Als zij containers kunnen krijgen, is de sky voorlopig the limit. Hoge prijzen voor palmolie, verpakking en transport lijken de fastfoodketens en consument niet te deren. Frites moet worden gegeten en daar kan Europa van profiteren. Dat er dan moet worden betaald voor de beperkte hoeveelheid (vrije) aardappelen is dan het logische gevolg.