De export van diepgevroren aardappelproducten van de Verenigde Staten (VS) is in het derde kwartaal 2021 met 30% ten opzichte van het zelfde kwartaal een jaar eerder. Dat maakte brancheorganisatie Potatoes USA afgelopen week bekend. Maar niet op alle markten weten de Amerikanen aandeel te veroveren.
De grootste groei in de export van de VS over de maanden juli tot en met september 2021 komt voor rekening van Mexico, dat 63% meer diepvriesfrites en andere bevroren aardappelproducten afnam in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. De export naar Canada en de landen in Centraal Amerika groeide met respectievelijk 52% en 55%. De gemiddelde groei van de export richting Azië bedroeg 18%. De Filipijnen en China waren de grootste groeimarkten met een toename van respectievelijk 176% en 28%. Deze markten hebben in 2020 weliswaar zwaar te lijden gehad onder het coronavirus, maar de krimp van die periode is inmiddels meer dan goed gemaakt.
Niet overal groei
Toch lieten niet alle markten in Azië groei zien. Zuid-Korea en Taiwan importeerde respectievelijk 14% en 3% minder diepvriesfrites. Volgens Potatoes USA komt dat doordat het coronavirus vorig jaar relatief weinig vat op het openbare leven had en de markt in 2020 goed overeind is gebleven. De vraag is er in beide landen nog steeds, alleen door verstoringen in de logistiek en beperkte voorraden in de VS lukt het de Amerikanen niet deze volledig in te vullen.
Ook de export van gedroogde aardappelproducten loopt minder voorspoedig voor de VS. De twee grootste bestemmingen, Mexico en Canada, namen 7% en 10% minder af in vergelijking met een jaar eerder. Dat de cijfers niet tegenvallen komt voor een deel door de goede verkopen vorig jaar volgens Potatoes USA. Wat verder meespeelt zijn net als bij de diepvriesproducten problemen in de logistiek en een krappe eigen voorraad. Hier noemt de brancheorganisatie ook een sterk concurrerend aanbod vanuit Europa.