De grote internationale fastfoodketens hebben een uitstekend derde kwartaal achter de rug. Over de hele linie laten deze bedrijven een mooie groei zien. Niet alleen ten opzichte van coronajaar 2020, maar ook in vergelijking met 2019. Hoe werken die resultaten door in de bedrijfsresultaten van de fritesleveranciers?
Restaurant Brands International (RBI), het moederbedrijf van onder andere Burger King, zag de wereldwijde omzet in het derde kwartaal van 2021 groeien met 11% ten opzicht van dezelfde periode een jaar eerder en 5% in vergelijking met het derde kwartaal van 2019. De totale omzet bedraagt in het derde kwartaal van dit jaar $9.378 miljoen en de EBITDA (brutowinst) $607 miljoen, een groei van 8% ten opzichte van vorig jaar. In de toelichting op de cijfers schijft RBI dat het bedrijf met deze cijfers op koers ligt om over het boekjaar 2021 een omzet te halen die vergelijkbaar is met de pre-coronaperiode, en voor 2022 wordt weer groei verwacht.
Ook McDonald's zag afgelopen kwartaal een stevige groei, namelijk 12,7% ten opzichte van het derde kwartaal vorig jaar en 10,2% op een tweejaarlijkse basis. De totale wereldwijde omzet bedroeg $13 miljard. In de toelichting op de cijfers schrijft het bedrijf dat de internationale markten in het VK, Canada, Frankrijk en Duitsland het relatief goed hebben gedaan vanwege minder sluitingen van restaurants en het versoepelen van de coronamaatregelen. Voor het vierde kwartaal 2021 heeft McDonald's de omzetgroeiverwachting naar boven bijgesteld. De winst zou wel iets lager kunnen liggen door stijgende kosten.
Omzet groeit, marges onder druk
De beursgenoteerde fritesproducent Lamb Weston liet eveneens omzetgroei zien in de kwartaalcijfers van het eerste kwartaal van 2021 (gebroken boekjaar). De netto-omzet van het bedrijf bedroeg $984 miljoen. Dat is een groei van 13% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De EBITDA daalde daarbij met 39% naar $123 miljoen.
"Onze cijfers over het eerste kwartaal weerspiegelen het brede herstel van de bevroren aardappelproductenmarkt", schrijft Tom Werner, CEO van Lamb Weston, in de toelichting op de cijfers. "Maar de effecten van de extreem warme zomer in delen van het westen in Amerika heeft een negatief effect gehad op de aardappelopbrengsten." Daarnaast wijst de topman op zeer inflatoire input- en transportkosten, krapte op de arbeidsmarkt en verstoringen in de ketens. Dat zet de resultaten flink onder druk. "Daarom verwachten we dat de brutowinstmarges onder het niveau van voor de coronacrisis blijven gedurende het fiscale jaar 2022", schrijft Werner. Het bedrijf meldt ook te verwachten dat de kosten voor de aardappelen per kilo op de Amerikaanse thuismarkt zullen stijgen gedurende het seizoen door tegenvallende kwaliteit vanwege de extreme zomer.
Lamb Weston neemt gerichte maatregelen om deze uitdagingen het hoofd te bieden. Meest in het oog springend zijn volgens Werner de acties om met prijsstelling de inflatie van grondstoffen te compenseren, het vrachtbeleid te herstructureren en het optimaliseren van de productie- en personeelsplanning.