Net als hun Europese collega's hebben Amerikaanse aardappeltelers een bijzonder voorstel op het bureau liggen. Meer aardappelen tegen lagere prijzen. Met fors gestegen inputkosten en een aantrekkelijke granenmarkt is het de vraag welke keus akkerbouwers de komende weken gaan nemen. Dat kan het areaal sterk beïnvloeden maar biedt het ook exportkansen?
Zowel verwerkers als telers hebben de hakken in het zand gezet. Meer voor minder wordt – net als in Europa overigens – niet zondermeer geaccepteerd. Dat is niet zo gek wanneer je kijkt naar de onzekere perspectieven die de markt biedt, de alternatieven en gestegen kosten van inputs. De klok tikt door en de pootmachines rijden. Individueel komt het met ondernemers wel tot afspraken.
Alternatief voor aardappelen
Akkerbouwers hebben een troef achter de hand. De prijzen van tarwe, maïs en sojabonen bevinden zich op het hoogste niveau in 7 of 8 jaar tijd. Waarom dan extra aardappelen poten als je een alternatief hebt? Voor de specialistische bedrijven in de VS draait het vooral om aardappelen maar, het geeft wel stof tot nadenken en onderhandelingsruimte. Naar verwachting drukt dit op het consumptieaardappelareaal in de VS.
Geen enkele input blijft vrij van prijsstijgingen. Na een jaar met goedkope brandstoffen bevindt de Amerikaanse dieselprijs zich inmiddels op het hoogste niveau sinds december 2018 en ligt de prijs half maart een kwart hoger dan op 1 januari. De prijsstijgingen voor 'farm diesel' zijn iets minder dan die aan de pomp, maar het blijft een kostenstijging met zich meebrengen.
Vooral kunstmest duurder
De kosten van meststoffen zijn het hardste gestegen dit jaar. Dat heeft er deels mee te maken dat door flinke winterstormen kunstmestfabrieken hebben stilgelegen. Transport over de weg verliep moeizaam en stikstoffabrieken zaten zonder gas om te kunnen produceren. Daarnaast is de kunstmestmarkt bezig aan zijn jaarlijkse stijging nu het zaai- en pootseizoen nadert en iedereen in moet slaan. In vergelijking tot vorig seizoen liggen de kosten van stikstof tot 20% hoger, die van fosfaat 50% en is kali 30% duurder.
Ook de kosten van gewasbeschermingsmiddelen, machines en arbeid nemen toe dit jaar, met zo'n 5% tot 10%. Arbeid was door een stijgende werkeloosheid vorig seizoen geen probleem, maar naar verwachting gaan deze mensen dit jaar weer terug naar hun oude baan zodra de situatie dat toelaat.
2,5 cent per kilo
Tel je alle gemiddelde stijgingen bij elkaar op, volgens het model van de Universiteit van Idaho, dan stijgen de kosten met bijna €300 per hectare, zo berekent North American Potato Market News (NAPM). Concreet komt dat neer op 2,5 cent per kilo.
Aardappeltelers hebben aan het eind van vorig seizoen hun huiswerk gedaan, inputs ingekocht en rondgerekend. Fritesfabrieken vragen nu om meer aardappelen en dat past lang niet altijd bij de financiële situatie. Daarbij blijft dat de gemiddelde contractprijs dit jaar 3% is gedaald. Een onaantrekkelijke positie waardoor telers niet geneigd zijn om te tekenen onderaan de streep. Het betreft vooral contracten voor fritesaardappelen. In de chipssector hebben verwerkers naar verluidt wel hun volume vast kunnen leggen.
Onderhandelingen lopen niet
In de Columbia Basin hebben aardappeltelers het finale aanbod van Lamb Weston afgewezen. Individueel worden wel contracten afgesloten met telers en het poten gaat ondertussen ook door. Wel is volgens insiders een trend merkbaar dat telers niet meer tonnen contracteren dan vooraf aangegeven, ondanks dat het aanbod hier wel voor ligt. Tussen andere verwerkers en telersorganisaties lopen de onderhandelingen nog, maar verwacht wordt dat ook hier een finale bod weinig verandering in de zaak brengt. Het is dan aan de individuele teler om akkoord te geven.
Minder aardappelen, meer export
De Belgische en Nederlandse fritesindustrie hebben de afgelopen jaren zich steeds vaster in de Amerikaanse aardappelmarkt weten te nestelen. De export zit sinds halverwege 2019 sterk in de lift. In de VS minderde het aardappelareaal afgelopen jaar sterk - met ruim 6% - in anticipatie op de impact van het coronavirus. Blijft dit areaal (367.500 hectare) ook in 2021 beneden gemiddeld, dan biedt dat opnieuw goede exportperspectieven.