Amerikaanse aardappelverwerkers lukt het niet om tot goede afspraken te komen met telers in het land. Terwijl de eerste aardappelen al in de grond zitten, hebben beide partijen nog geen overeenstemming bereikt over het prijsniveau voor oogstjaar 2021.
Lamb Weston - met 42% marktaandeel de grootste Noord-Amerikaanse aardappelverwerker - lukt het niet om tot contractafspraken te komen met zijn telers in het belangrijke teeltgebied de 'Columbia Basin'. Telers eisen een hogere contractprijs voor komend seizoen dan de verwerker wil betalen. De tijd dringt, want inmiddels worden de eerste aardappelen gepoot.
Columbia Basin is hét aardappelteeltgebied van de VS. Gelegen in de staten Washington en Oregon ligt een immense akkerbouwregio waar een combinatie van veel beregening en veel zonuren garant staan voor goede opbrengsten. Die liggen in het gebied gemiddeld op 67 ton per hectare. Het aardappelareaal bedraagt er bijna 73.000 hectare.
Percelen ondergewerkt
Akkerbouwers hebben er een moeilijk jaar achter de rug, maar met een goede oogst. De groeiomstandigheden waren perfect waardoor opbrengsten op een hoog niveau liggen. De coronapandemie gooide ook hier roet in het eten. Afgelopen voorjaar, toen de aardappelen al gepoot waren, startte Lamb Weston met het afbouwen van zijn contractposities. Hierdoor werden door telers aardappelgewassen in het groeiseizoen ondergewerkt.
De contractonderhandelingen tussen Lamb Weston en de telers zijn van significant belang. Ze vormen een graadmeter voor aardappeltelers elders in het land. Andere verwerkers, zoals McCain en Heinz-Kraft, wachten af wat de uitkomst wordt voor ze zelf met een aanbod komen. Half februari zijn akkerbouwers in het gebied gestart met het poten voor hoofdoogst 2021, waardoor de contracten er nu toch echt moeten komen.
Toegenomen kosten
Bij de contracten voor chipsaardappelen is er minder spanning. Verwerkers hanteren hier dezelfde prijzen en volumes ten opzichte van een jaar eerder. De tafelaardappelmarkt krimpt zowel qua gecontracteerd volume als in het totale volume. De prijzen liggen in dit marktsegment fors lager. Alle telers hebben te maken met toegenomen productiekosten voor brandstof, kunstmest, gewasbeschermingsmiddelen en arbeid. Zij eisen een hogere prijs, waar vooral de fritesverwerkers minder risico willen lopen en lagere bedragen uitkeren.
Canada heeft een moeilijker aardappeljaar achter de rug. Droogte en hitte zorgde voor een lagere aardappelproductie, die 4% onder 2019 ligt. Ook de pootgoedproductie ligt lager, mede door een areaal dat 2,3% is gekrompen. Dit is weer nadelig voor telers in de VS, die voor een deel verantwoordelijk zijn voor pootgoed uit Canada. Fabrieken hebben meer orders voor fritesrassen geplaatst maar het is de vraag of dit allemaal geleverd kan worden.
Thuismarkt geraakt
Alle verwerkers In Noord-Amerika hebben het samenstellen van hun contracten zo lang mogelijk uitgesteld om een zo goed mogelijk beeld te kunnen vormen van de aardappelmarkt. Een grote mate van onzekerheid zit in de markt ingebouwd door het coronavirus. Bezorgdiensten draaien overuren in het land en Amerikaanse consumenten eten meer aardappelproducten thuis. Toch heeft de sector gerede vrees dat de thuismarkt flink geraakt blijft. Ongeveer 110.000 restaurants in het land hebben hun deuren al moeten sluiten en dat hakt in de afzet. Het duurt jaren voor de horecasector weer is opgebouwd tot het pre-coronaniveau.
Een andere onzekerheid is de aanwezigheid van Europese frites in de VS. Belgische en Nederlandse fabrieken hebben hun exportpositie flink weten uit te bouwen. Daarnaast hebben ze exportmarkten (deels) overgenomen waar de VS voorheen sterk vertegenwoordigd was. Dit geldt niet alleen voor frites maar bijvoorbeeld ook aardappelvlokken en granulaat.
Minder voorraad
De Columbia Basin mag dan een prima oogst achter de rug hebben, een combinatie van minder areaal en een kleinere oogst in de VS zorgt voor een krappere voorraad. Fritesvoorraden in vrieshuizen lagen in februari op het één na laagste niveau ooit. Een verlaging van bijna 4% met vorig jaar. Enerzijds is dat best bijzonder vanwege de lagere consumptie in eigen land. Een andere reden is dat verwerkers minder voorraden hanteren om risico's te verkleinen. Vraag en aanbod van aardappelen zijn redelijk in balans waardoor zij zich dit kunnen permitteren.
De exportcijfers van de VS laten deze concurrentiestrijd niet direct zien. In de tweede helft van 2020 exporteerde het land 17% minder frites dan in dezelfde periode een jaar eerder, maar dit verlies was in december nog maar 6%. De laatste 3 maanden van vorig jaar laten duidelijk herstel zien. Dat blijkt uit cijfers van Potatoes USA.