De maand december is van start gegaan en dat betekent dat de brexit alsmaar dichterbij komt. Voor de Ierse fritesindustrie neemt de spanning toe. Een mogelijk verbod op de import van aardappelen uit het Verenigd Koninkrijk kan komende jaar flinke gevolgen hebben voor de aanvoer. Hoe afhankelijk zijn de landen van elkaar?
Vandaag de dag is er nog steeds geen akkoord over de invulling van de brexit. Dat betekent dat Britse tafel- en pootaardappelen vanaf 1 januari 2021 in strijd zijn met de Europese regels voor de voedselveiligheid. Het Verenigd Koninkrijk wordt dan een zogenaamd 'derde land'. Voor de Ierse fritesindustrie is het een aderlating, want Britse aardappelen zijn populair bij frituristen in Ierland. Het is te vergelijken met de Belgische voorliefde voor Bintjes als het gaat om de productie van frites.
Een brexit zonder goede deal kan er volgens de Ierse fritesindustrie voor zorgen dat niet alleen de smaak en het soort frites binnenkort verandert, maar het kan er ook toe leiden dat er stevige tekorten ontstaan en de porties in Ierland aangepast moeten worden. Inmiddels werkt de overheidsinstantie 'Teagasc' aan een alternatief ras, maar het is niet de verwachting dat dit ras op korte termijn op de markt gebracht kan worden.
Impact op telers
Niet alleen de fritesindustrie lijdt onder een 'slechte brexit-deal', ook de impact op de aardappeltelers is groot. Ierland was in het verre verleden een grote exporteur van pootgoed, maar de afgelopen 30 jaar is de sector gekrompen. Ierse boeren produceren jaarlijks 4.000 ton pootaardappelen. Daarentegen wordt door het land ieder jaar meer dan 6.000 ton pootgoed geïmporteerd, met name uit Schotland. Kortom: het tekort is enorm. Om grote problemen te voorkomen, heeft het ministerie van Landbouw een zogenaamde 'Trader Notification' afgegeven, waarmee het aanspoort om voor 1 januari meer poot- en consumptieaardappelen uit het Verenigd Koninkrijk te importeren als een buffer.
Kijken we naar de exportcijfers van Nederlands pootgoed richting Ierland, dan zijn die niet bijster hoog. Vorig seizoen ging het slechts om 18 ton en de twee seizoenen daarvoor werd vrijwel niets naar Ierland geëxporteerd. De pootgoedexport naar het Verenigd Koninkrijk is daarentegen wel fors. Vorig jaar ging het om een volume van ruim 15.000 ton. De no-deal-brexit zou ook voor de Nederlandse telers een aderlating zijn omdat een grote afzetmarkt wegvalt. Of dat verlies gecompenseerd kan worden door meer te exporteren naar Ierland is lastig in te schatten. Ieren importeren nu het grootste gedeelte vanuit Schotland en zullen dat naar verwachting ook blijven doen.
Goed nieuws is wel dat het Verenigd Koninkrijk bij de Europese Unie een aanvraag heeft ingediend voor een zogenaamde 'gelijkwaardigheid van derde landen' voor de export van pootgoed en consumptieaardappelen richting Europa. De aanvraag moet het Europese wetgevingsproces nog doorlopen en zal daardoor niet direct in werking treden. Daarbij speelt het probleem dat de Europese Unie aangegeven heeft dat dit proces pas zal beginnen als de handelsbesprekingen met het Verenigd Koninkrijk zijn afgerond.
Ook problemen voor Britten
De impact van een rommelige scheiding tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk zal niet alleen in Ierland voelbaar zijn. Een groot gedeelte van de producenten van diepvriesfrites in Groot-Brittannië haalt de aardappelen veelal uit België. Deze invoer zal met een no-deal-brexit ook worden verboden. Bedrijven in het Verenigd Koninkrijk zullen daardoor moeite hebben om voldoende grondstof te krijgen voor de productie van diepvriesfrites. Al met al is december voor zowel de Britse als Ierse industrie dus een spannende maand.