Medewerkers van fritesfabrieken en aardappeltelers in Australië protesteerden deze week tegen de dumping van goedkope EU-frites die volgens hen dreigt. Vooralsnog zijn er geen aanwijzingen dat dit daadwerkelijk gebeurt, ook niet op de Nieuw-Zeelandse markt.
Door de coronacrisis zijn in de grote Europese aardappelproducerende landen, waaronder Nederland en België, forse overschotten fritesaardappelen ontstaan. Zowel in Nieuw-Zeeland als in Australië zijn telers en verwerkers nu bang dat goedkope diepgevroren frites uit Europa de eigen interne markt gaat verstoren. Beide landen dringen daarom bij de overheid aan op importrestricties.
Belangenorganisaties AUSVEG en Potatoes New Zealand stellen vast dat het al een uitdaging op zich is om de eigen fritesmarkt te laten herstellen van de coronacrisis. Ook zonder de druk van import. Daarom zou de binnenlandse vraag naar frites in de eerste plaats ingevuld moeten worden met lokaal aanbod. De invoering van een tijdelijk importverbod lijkt echter niet voor de hand liggend, want dat vraagt om voldoende onderbouwing met cijfers. De organisaties voeren wel een stevige lobby en geven aan in gesprek te zijn met de betreffende ministers in het land.
Demonstratie bij McCain
Ondertussen blijft de onrust in beide landen groot. Dit uitte zich aan het begin van deze week onder andere in een demonstratie bij de fabriek van McCain in Smithon, in het noordwesten van Tasmanië. Ongeveer 100 fabrieksmedewerkers en aardappeltelers waren daar bij aanwezig, net als de vicepremier en minister van handel wat aangeeft dat de kwestie serieus genomen wordt.
Op Tasmanië worden de meeste aardappelen van Australië geteeld en verwerkt. Naast McCain is ook de fabriek van Simplot op het noorden van Tasmanië te vinden, in Ulverstone. De derde verwerkingsfabriek van Australië ligt in Ballarat, ten noordwesten van Melbourne, en is eveneens van McCain. Hier werd eind vorige week ook al een vergelijkbaar protest gevoerd.
Gesubsidieerde aardappelen
De fabrieken, hun medewerkers en de telers die aan de verwerkers leveren zijn bang dat de eigen productie en afzet onder druk komt te staan. Ze zijn als de dood dat het overschot aan fritesaardappelen in Europa (verwerkt) hun kant op komt. Dat overschot wordt zowel door de Australiërs als de kiwi's geraamd op ruim 2,6 miljoen ton plus 'een onbekende hoeveelheid bevroren frites'. Omdat verschillende landen in Europa een compensatieregeling treffen voor telers van fritesaardappelen, leeft het idee dat al deze zogenaamde gesubsidieerde aardappelen vervolgens tegen dumpprijzen verkocht, verwerkt en geëxporteerd worden.
De angst die leeft in Australië en Nieuw-Zeeland is dat Europese frites de interne markt gaat overspoelen. Dat zou de positie van de verwerkingsfabrieken in gevaar brengen, inclusief de duizenden banen die daarmee gemoeid zijn. Ook aardappeltelers, die grotendeels afhankelijk zijn van de binnenlandse markt, vrezen voor hun afzet. De vergelijking wordt gemaakt met de crisissituatie in de groenteverwerking 20 jaar geleden, waarna veel fabrieken zijn gesloten.
Compensatieregelingen in EU
Of de vrees van Australië en Nieuw-Zeeland terecht is, valt te betwijfelen. Zo geldt de compensatie in Nederland alleen voor vrije aardappelen en niet voor gecontracteerde aardappelen. Bovendien zal de regeling slechts de pijn verzachten en niet de volledige schade dekken. De compensatieregeling in België wordt nog uitgewerkt, maar zal naar verwachting vergelijkbaar zijn met de Nederlandse opzet. Ook is het beschikbare budget hier een stuk lager. De Franse overheid heeft ook een tegemoetkoming beloofd, maar de invulling daarvan is nog onbekend.
Geen aanwijzingen voor dumping
Tot nu toe zijn er ook nog geen aanwijzingen dat goedkope Europese frites wordt geïmporteerd in Australië en Nieuw-Zeeland. Volgens marktexperts exporteerden België en Nederland in april allebei rond de 1.500 ton frites naar Australië. Daarmee liggen de volumes zelfs bijna 15% lager dan vorig jaar. De prijzen daarentegen waren fors hoger: +11% voor Belgische frites en +24% voor Nederlandse frites. Cijfers over de maand mei (nog niet bekend) moeten aantonen of die lijn doorgetrokken wordt.
Overigens zijn Australië en Nieuw-Zeeland normaal gesproken van beperkt belang voor de Europese fritesafzet. Zo staan voor België, de grootste fritesexporteur, Australië en Nieuw-Zeeland als exportbestemming op respectievelijk plek 27 en 71. En dat is in lijn met het feit dat in een land als Nieuw-Zeeland 85% van de fritesconsumptie afkomstig is van eigen productie.