Het was donderdag 25 april voor het laatst mogelijk om op het aprilcontract voor 2019 te handelen, wat betekent dat ook de slotnotering bekend is. Waar komt deze op uit, en wat doet de definitieve cash settlement?
Zowel de Belgische inbreng (€25,08) als de Franse inbreng (€26) voor de cash settlement is onveranderd gebleven ten opzichte van vorige week. De Nederlandse inbreng is voor deze week uitgekomen op € 31,54 (+€0,44), wat een fractie hoger is dan vorige week. Ook de inbreng uit Duitsland (€28,85) lag ietsjes hoger (+€0,01).
Roerig seizoen
Zonder te overdrijven, kan gesproken worden van een roerig seizoen op de termijnmarkt voor het aprilcontract van 2019. Nadat seizoen 2017/2018 uiterst negatief verlopen was, met een afwikkeling van het aprilcontract voor 2018 op slechts €5,80, moest er veel gebeuren om de markt (qua stemming) een opwaartse trend te laten maken.
Dat er afgelopen seizoen veel gebeurd is, is achteraf nog zwak uitgedrukt. In bijna alle belangrijke aardappelteeltgebieden in West-Europa heeft de aanhoudende droogte behoorlijke gevolgen gehad voor de gemiddelde hectareopbrengsten. De termijnmarktnotering die 1 jaar eerder nog zakte naar een niveau ver onder de €10, steeg in week 28 door het niveau van €20 en steeg vervolgens in 2 weken tijd naar €30.
Unieke situatie
Het unieke van de marktsituatie van dit seizoen was dat de aprilnotering ook bij de start van het nieuwe jaar rondom het niveau van €30 is blijven staan, met als hoogste prijspeil €33 (in week 3). De algemene verwachting was dat de aprilnotering rond het niveau van €30 zou afwikkelen, maar de prijsval van de Belgische noteringen (Fontane notering zakte terug van €30 naar €25) zorgde ervoor dat de termijnmarkt in korte tijd terugzakte van €29 naar € 26,50. Uiteindelijk is deze afgewikkeld op €27,90.