Brexit heeft fikse gevolgen voor pootgoedsector

Het grootste probleem is dat pootgoed uit het VK niet meer naar de EU geëxporteerd kan worden. Het enige land buiten de EU dat nu pootgoed naar de EU mag exporteren, is Zwitserland. En dat mag dan alleen onder strenge regelgeving.

De situatie is vooral voor Schotland problematisch. Pootgoed dat in het VK wordt geteeld, komt namelijk vooral uit Schotland (70%). Een deel van het Schotse pootgoed (13,5%) wordt nu naar de EU geëxporteerd (31.000 ton). Echter, na de brexit zal deze handel stopgezet worden. Daarbij maakt de deal die gesloten gaat worden niet uit (een harde of zachte brexit).

'Eigen land eerst'
De cijfers wijzen uit dat het VK dezelfde hoeveelheid pootgoed importeert als Schotland exporteert. Voor Schotland zou het dan ook ideaal zijn als het VK stop met de import vanuit de EU, want dan kan Schotland ook de rest van het VK bedienen. Het betekent echter wel dat de Schotse pootgoedsector zich moet richten op de rassen die momenteel in het VK geteeld worden.

Het Britse ministerie van Landbouw heeft al goedkeuring gegeven voor de import van pootgoed uit de EU. Deze vlieger lijkt dus niet op te gaan. En deze beslissing stoot dan ook tegen het zere been van de Schotse minister van Landbouw.

Gevolgen voor Nederland
Voor de Nederlandse pootgoedsector kan de situatie gevolgen hebben als het VK uiteindelijk toch kiest voor pootgoed uit Schotland. Dit omdat bijna alle export naar het VK voor Nederlandse rekening komt (ruim 20.000 ton).

Daarentegen maakt Jan van Hoogen, directeur van Agrico, zich nog geen grote zorgen. "Als de brexit doorgaat volgens de deal die eind november is gesloten, dan zal er eerst een overgangsperiode komen. Een harde brexit kan echter wel problematisch zijn, al wordt de soep vaak niet zo heet gegeten als hij wordt opgediend."