De Belgische fritesindustrie is de lachende derde geworden in Brazilië. Nederland blijft terrein verliezen en daar profiteert het land stevig van. Turkije weet zijn exportpositie niet langer uit te bouwen. Vanuit Europa ligt nieuwe concurrentie op de loer.
Een klein jaar terug, in februari 2017, introduceerde Brazilië een anti-dumpingtaks op frites vanuit Nederland, België, Duitsland en Frankrijk. Dit zette de invoer van aardappelproducten op shuffle. Onze industrie werd hard getroffen door een hoge taks, waardoor het moeilijk was om de exportpositie te behouden.
Stabiele vraag
Kijkend naar geheel 2017 dan tonen de Braziliaanse importcijfers van frites en andere bevroren aardappelproducten aan dat het volume is gestabiliseerd. Vooral in december hebben de Brazilianen aan de import getrokken. Het omgezette financiële volume steeg vooral door een hoger volume frites. Het exportvolume over 2017 komt op 349.000 ton uit, tegenover 346.000 ton in 2016 en 293.000 ton in 2015.
Brazilië importeerde in december bijna 34.000 ton bevroren aardappelproducten, vallende onder categorie HS 200410 (voornamelijk frites). Het is een minnetje van 2,5% ten opzichte van december 2016. Echter, dit is nog steeds het op 3 na hoogste maandcijfer in de historie van het land. De import heeft een waarde van €27,5 miljoen. Over heel 2017 bedraagt de exportwaarde van de frites €293,8 miljoen (1 miljard Braziliaanse reaal). Dat was in 2016 €291,2 miljoen. Daarbij moet worden opgemerkt dat de export in 2016 fors hoger lag door de Olympische Spelen.
België
In de laatste maand van het jaar heeft België het volume frites in tonnen product en geldelijke waarde meer dan verdubbeld. Dat gaat vooral ten koste van Turkije, die juist aan een opmars in Brazilië bezig was. De Nederlandse industrie blijft terrein verliezen. Buurland Argentinië is een stabiele factor in de importcijfers.
België laat in december, met 124%, de grootste plus zien in de aanvoer. Turkije en Nederland staan beide stevig in de min met respectievelijk 55% en 44%. Ook Frankrijk toont een flinke min met 45%. De Verenigde Staten weet als enig ander land zijn positie noemenswaardig uit te bouwen. De duurste frites wordt door Argentinië verkocht. België is prijsvechter en bevind zich over december op hetzelfde bodemniveau als Turkije. De prijs is bijna de helft van wat Argentijnse verkopers vragen.
Europa profiteert
Zoals gezegd zorgt de anti-dumpingtaks ervoor dat vooral de Europese exportlanden op shuffle staan. De EU-4, met uitzondering van België, verliest grip op het Zuid-Amerikaanse land en kleine spelers krijgen een kansje. Dit laatste al dan niet als marionet van de grote spelers. Zo vinden we Polen met 4.000 ton frites terug in de lijst en ook het Verenigd Koninkrijk met 3.500 ton. Rekenen we dat om naar procenten dan stijgt de export met 8.800% voor Polen en 7.800% voor het VK. Een klein voordeeltje voor de Britten is dat het pond gunstig staat tegenover de euro en dollar.