Shutterstock

Achtergrond GLB

Hoe moet toekomstgerichte landbouw eruitzien?

18 December 2020 - Kimberly Bakker

Het vernieuwde Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, dat in 2023 in werking treedt, moet bijdragen aan een veerkrachtige, toekomstbestendige en slimme landbouwsector. Het klimaat, de natuur en het milieu zijn thema's die in het nieuwe beleid op de voorgrond moeten staan. Hoe ziet de toekomstgerichte landbouwsector er volgens het ministerie uit? En waar liggen de wensen vanuit de boer?

Dit artikel verder lezen?

Word abonnee en krijg direct toegang

Kies het abonnement dat bij je past
Heb je een tip, suggestie of opmerking naar aanleiding van dit artikel? Laat het ons weten

"Als hoogproductief, maar tegelijk klein land scoort Nederland 'slecht' op punten als biodiversiteit en stikstof. Daarom is het noodzakelijk dat onze groenblauwe architectuur op de schop gaat." Dat vertellen Aard Mulders (ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit), Eefke Peeters (de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) en Jetze Genee (van provincie Friesland) in de conferentie 'I'm in' over het nieuwe Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB). "Ook de maatschappij verlangt iets. We moeten daar rekening mee houden, al moet de focus wel liggen op waar de boer het beste in is: boeren."

De Europese Commissie probeert daar in het nieuwe GLB op in te zetten, bijvoorbeeld door middel van de ecoregelingen. Die regelingen zijn voor ieder land vrij in te vullen. "Als Nederland moeten we daar slim mee omgaan. Boeren zijn namelijk niet verplicht hieraan mee te werken. Het is aan ons om die stap zo laagdrempelig mogelijk te maken. Boeren zijn gemotiveerd als ze zelf mogen beslissen welke maatregelen en hoe deze maatregelen toepassen op het bedrijf", zo licht Peeters toe. "Kortom: niet straffen voor wat verkeerd gaat, maar juist belonen voor wat goed gaat. Dat is het motto."

Behoeften schetsen
Om snel en efficiënt de overstap te maken naar een toekomstbestendige landbouw hebben beleidsmedewerkers van het landbouwministerie alle bedreigingen in de sector beschreven. Het belangrijkste is volgens hen het feit dat het inkomen op agrarische bedrijven achterblijft ten opzichte van andere sectoren. Dit komt onder andere doordat de bedrijven wel willen verduurzamen, maar dat de hoge kosten die hieraan verbonden zijn niet uit de markt teruggewonnen kunnen worden. Ook beschrijven ze dat de risico's in de sector toenemen: van klimaatverandering en geopolitieke spanningen tot prijs- en marktrisico's. "Veel boeren zien hierdoor geen of weinig toekomst. Het percentage bedrijfshoofden onder de 40 jaar laat al jaarlijks een daling zien."

Op basis van die bedreigingen heeft het ministerie de behoeften omtrent een toekomstbestendige landbouwsector opgesteld. Bovenaan het lijstje staat het bevorderen van een redelijk inkomen (binnen de grenzen van duurzaamheid) en in het verlengde daarvan staat het verbeteren van de financiële positie van de boeren. Daarnaast moet er ook meer aandacht besteed worden aan het ontwikkelen van kennis, kunde en vaardigheden van boeren en moet meer aandacht zijn voor innovaties die een hogere toegevoegde waarde hebben.

Wat wil de boer?
Het is natuurlijk mooi, al die analyses vanuit het landbouwministerie. De hamvraag is echter: 'Hoe zien boeren een toekomstbestendige landbouw voor zich?'. In de online conferentie is deze vraag ook gesteld. Daaruit is gebleken dat het merendeel van de agrarisch ondernemers het belangrijk vindt dat er een intrinsieke drive is bij de ondernemers. Ook moet er veel aandacht blijven voor familiebedrijven, moet duurzaamheid hoog in het vaandel staan en moet er meer onderzoek gedaan worden naar het lokaal vermarkten van producten.

Vanuit de overheid moet vooral stimulatie zijn voor de ontwikkeling in de vaardigheden van boeren, het versterken van de positie van boeren in de keten en 'true pricing'. Ook het bevorderen van samenwerking tussen een groep bedrijven staat bij boeren hoog op de lijst in een toekomstgerichte landbouw. Dat laatste wordt onderstreept door Mulders: "Je wil immers samen aan de slag om de doelen in jouw gebied te behalen." Boeren zijn verder van mening dat het grootste deel van het GLB-budget besteed zou moeten worden aan de basisbetaling per hectare, gevolgd door de ecoregelingen en agrarisch milieu-, natuur- en landschapsbeheer.

Opvallend is dat risicobeheer, een van de behoeften die het ministerie hoog in het vaandel heeft staan, bij boeren niet zo'n prioriteit heeft voor de toekomst. "Dit komt deels doordat je niet alle risico's weg kunt halen. Het weer is bijvoorbeeld niet te beïnvloeden. En de verzekeringen dekken ook niet alles", zo laat een van de deelnemers weten. Kortom: hoewel de toekomstvisie van het ministerie en de boer redelijk overeenkomen, is er toch een opvallend verschil zichtbaar. Daar waar het landbouwministerie in een toekomstbestendige sector voornamelijk aandacht heeft voor de financiële positie van boeren, streeft de boer juist naar een juist positie op maatschappelijk vlak. "Waardering vanuit de maatschappij, zorgt wel voor een betere financiële positie", zo luidt het.

Dit is het derde artikel in de serie over het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. In het vierde artikel, dat op 24 december gepubliceerd wordt, zoomen we in op de uitdagingen waar de sector mee kampt. Bekijk alle artikelen over het GLB hier.

Regenradar
Powered by Agroweer

Bel met onze klantenservice 0320 - 269 528

of mail naar support@boerenbusiness.nl

wil je ons volgen?

Ontvang onze gratis Nieuwsbrief

Elke dag actuele marktinformatie in je inbox

Aanmelden