De euro is de afgelopen maande flink in waarde gestegen en blijft hangen rond $1,18. Met het oog op de aanhoudend lage Amerikaanse rentes lijkt de sterkere euro structureel te zijn.
Sinds het begin van de zomer is de eurodollar-koers een opmars begonnen. De euro steeg van $1,12 tot $1,18 begin september en stagneerde daarna rond dat niveau. De verwachting is dat de dollar de komende tijd eerder verder in waarde daalt, dan dat de euro terrein verliest. Dit is het gevolg van de lage rentes in de VS.
De Amerikaanse centrale bank, de FED, is daarbij bezig met een opkoopprogramma om de economie door de coronacrisis te loodsen. Het beoogde doel is een lichte inflatie en dat zet de munt onder druk. Gezaghebbende economen zien bovendien de status van de dollar als wereldmunt afbrokkelen. In toenemende mate worden de euro en de Chinese renminbi dominanter in de wereldeconomie.
Presidentsverkiezingen
De zittende president Donald Trump zal niet veel moeite doen om de situatie te veranderen, omdat een zwakke dollar gunstig is voor de Amerikaanse exportpositie. Met het oog op de presidentsverkiezingen in november is het maar de vraag hoelang zijn zeggenschap nog reikt, gezien opponent Joe Biden in veel peilingen voorligt. De FED opereert echter op eigen autoriteit en is voornemens om de rente voorlopig nog laag te houden.
Mocht Biden president worden, dan is een verdere daling van de dollar waarschijnlijk, zo is de verwachting van experts. Het grillige karakter van Trump maakt dat beleggers en overheden momenteel extra dollars (van oudsher een veilige haven) aanhouden. Met Biden aan het roer wordt de Amerikaanse overheidskoers waarschijnlijk meer voorspelbaar, zo denken veel analisten.