In een onaangekondigde, tussentijdse vergadering, besloot het bestuur van de ECB deze week nog een maatregel toe te voegen aan de lange lijst reeds genomen maatregelen om de economie door de coronacrisis heen te helpen.
De bank gaat de ratings van bedrijven en landen bevriezen. Tot september 2021 hanteert de ECB de ratings zoals die luidden op 7 april 2020. Eventuele verlagingen van de kredietwaardigheid na 7 april hebben geen gevolgen voor onderpandsdoeleinden, mits de rating minstens BB blijft. De centrale banken van de eurolanden mogen tijdelijk ook activa die niet voldoet aan de criteria om in aanmerking te komen als onderpand, toch als onderpand accepteren. Denk bijvoorbeeld aan leningen aan mkb-sector met de garantie van de overheden.
Onderpand verlagen
De Griekse staatsobligaties mogen nu ook als onderpand dienen voor leningen bij de ECB, dat was sinds de eurocrisis niet het geval. Dit komt vooral ten goede van de Griekse banken. De ECB accepteert tijdelijk meer risico’s op haar balans door de haircut op onderpand met 20% over de hele linie te verlagen.
Haircut is het percentage waarmee de ECB de waarde van het onderpand verlaagt voor extra zekerheid. Als een obligatie €100 waard is bijvoorbeeld, doet de ECB alsof de waarde bijvoorbeeld €80 is. Zo beschermt de bank zichzelf voor het geval van ene faillissement van de tegenpartij of waardedaling van het onderpand. De ECB schat in dat de banken uit de eurozone hierdoor zo’n €140 miljard meer kunnen lenen bij de ECB.
Kredietwaardigheid in gevaar
Het doel is om de beschikbaarheid van onderpand die banken moeten hebben om geld te lenen bij de ECB te waarborgen. Ook als landen en bedrijven hun kredietwaardigheid de komende tijd omlaag zien gaan. De kans op verlagingen van de kredietwaardigheid is groot, gezien de crisis. Maar dat kan vaak betekenen dat bedrijven die in de kern gezond zijn en tijdelijk door de coronacrisis wind de wind tegen hebben, een lagere rating krijgen.
Bij ongewijzigd beleid, kunnen die bedrijven minder snel of niet aan kapitaal komen, wat op zijn beurt de crisis kan verdiepen en verergeren. De ECB wilde daarnaast de mogelijke problemen voor zijn, vandaar dat de bank pro-actief in actie is gekomen. Door de nationale centrale banken meer ruimte te geven, zorgt de ECB ook voor meer flexibiliteit. De ECB gaf aan nieuwe maatregelen te nemen, mocht dat nodig zijn, om de gevolgen van verlagingen van de kredietwaardigheid te mitigeren.
Externe schok, gaat wel over
In mijn optiek betekent dat laatste dat we er rekening mee moeten houden dat als de verlagingen van de kredietwaardigheid tegenvallen, de ECB de vloer verder verlaagt. Het besluit de kredietwaardigheid ten behoeve van leningen aan banken uit de eurozone tijdelijk te bevriezen lijkt een prima maatregel, macro-economisch gezien, gelet de economische situatie. De ECB zorgt er zo voor dat landen/bedrijven die door coronacrisis (externe schok, gaat wel over) minder kredietwaardig worden, niet in extra problemen komen die van een tijdelijk probleem een permanente, lees ondergang, kunnen maken.
Dat gezegd hebbende: de belofte verdere maatregelen niet uit te sluiten om de effecten van verdere kredietverlagingen te mitigeren, kan een ongewenst effect hebben. Het gevaar bestaat namelijk dat de ECB daarmee voorbij het bovenstaande (=bedrijven door een tijdelijke probleemsituatie heen helpen) gaat en structureel landen/bedrijven gaat steunen die minder kredietwaardig worden om redenen buiten de coronacrisis. Dat is economisch onverstandig beleid, inmenging in marktwerking en gaat mede daardoor ver over de grenzen van monetair beleid.
Daarom is te begrijpen dat de ECB deze maatregel niet te kort wil laten duren, maar omwille van rust een langere periode kiest. Toch had ik graag van de bank gehoord dat ze deze maatregel terug gaat draaien als de economische situatie voor september 2021 normaliseert.