Gasunie en LTO Nederland hebben een principeakkoord bereikt. Daarbij zijn afspraken gemaakt over de vergoeding die boeren moeten ontvangen voor de aanleg van leidingen in of op hun land. Grootste verandering is dat afspraken voortaan niet meer voor onbepaalde tijd zijn.
Eerdere gesprekken tussen de brancheorganisatie en Gasunie waren vastgelopen, omdat de eisen van LTO-zijde niet ingewilligd konden worden. De discussie over de voorwaarden werd na de zomer hervat. Donderdag 9 januari meldt LTO Nederland dat een principeakkoord is bereikt dat komende tijd verder wordt uitgewerkt.
"Boeren en tuinders hebben recht op een nette schade- en meewerkvergoeding op het moment dat er leidingen door hun land worden aangelegd. Met dit principeakkoord spreken we ons vertrouwen in Gasunie uit. Niet alleen in de vaststelling van tarieven, maar juist ook in de manier waarop we met elkaar omgaan bij de aanleg van leidingen", aldus Alfred Jansen, portefeuillehouder Pacht en Veiligheid bij LTO Nederland.
Overeenkomst voor 35 jaar
Belangrijkste winst volgens Jansen is dat overeenkomsten voortaan geldig zijn voor een periode van 35 jaar en niet meer voor onbepaalde tijd. Ook wordt in het principeakkoord eventueel commercieel medegebruik omschreven en worden er methodes rondom de bepaling van schade beschreven. Verder zijn de tarieven voor 2019 vastgesteld.
De tarieven zijn uitsluitend bedoeld voor de aardgasleidingen van Gasunie en niet voor commerciële leidingbeheerders. Voor commerciële beheerders gelden andere vergoedingen. Andere nutsbedrijven, zoals waterschappen en drinkwaterbedrijven kunnen bij LTO een verzoek indienen om de Gasunietarieven te gebruiken.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.