Minister Carola Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) heeft aangekondigd dat zij de Tweede Kamer na het zomerreces zal informeren over de herziening van het pachtstelsel. Niet geheel toevallig komt verpachtersorganisatie FPG met een pleidooi voor de invoering van de alternatieve pachtvormen uit het Spelderholtvoorstel.
De Federatie Particulier Grondbezit (FPG) wil met het bovenstaande het rendement van de verpachters verbeteren. En daarvoor zou de huidige reguliere pacht maar beter kunnen verdwijnen. De FPG luidt zelfs de noodklok. Tijd om eens wat feiten op een rij te zetten.
Langjarig rendement
Het langjarig rendement op regulier verpachte grond bedraagt 6% à 7%, zo blijkt uit cijfers van Wagenings onderzoek (2003). Als gevolg van de dramatische resultaten in de landbouwsector zijn de pachtnormen 2017 en 2018 (na een sterke stijging in 2015 en 2016) gedaald tot het niveau van 2014. En dat wil de FPG niet.
De FPG meldt niet dat de vraag naar verpachte grond zeer groot is. Kennelijk is het voor beleggers aantrekkelijker om in verpachte grond te investeren, dan in andere beleggingen. Jan Willemink, voorzitter van de werkgroep pacht van de Nederlandse Vereniging van Rentmeesters (NVR), pleitte eerder al voor een evenwichtig systeem van pachtprijzen. Het zou volgens hem in het belang zijn van zowel de verpachter als pachter om de pachtnormen te koppelen aan de (vrije) grondprijzen.
Het ontgaat mij
Allereerst ontgaat het mij waarom verpachte gronden een (in feite dubbel) rendement moeten hebben dat gebaseerd is op de waarde van de pachtvrije gronden. Daarnaast komt dit neer op het willen ontvangen van een jaarlijkse rente over de huidige waarde van de grond (zonder te willen verkopen). Dat zal opdrijvend werken voor de grondprijzen.
Het is terecht dat CDA-Kamerleden Jaco Geurts en Pieter Omtzigt het pleidooi van Willemink aangrepen om Kamervragen te stellen. Die vragen gingen (alleen) over de vermogensrendementheffing, die inderdaad te zwaar drukt op pachtinkomsten. De Bond van Landpachters en Eigen Grondgebruikers (BLHB) pleitte er al eerder voor om de vermogensrendementheffing af te stemmen op de werkelijke (door de overheid gemaximeerde) pachtinkomsten en niet op een fictief rendement van 4%.
Verpachters zien dat zelf anders: zij geven de voorkeur aan geliberaliseerde pacht om zo teneinde 'vrije' pachtprijzen af te kunnen dwingen. Zo kunnen ze de hogere vermogensrendementheffing doorberekenen aan de tijdelijke pachter. En dat moet de toekomst worden!
Handwrijvend?
Echter, 1 opmerking van Willemink vraagt nog om een reactie. Hij stelt dat de Bond van Landpachters 'handenwrijvend' zal vinden dat de pachtnormen van 2018 goed zijn voor haar leden. Ik stel voorop dat ik er geen enkel bezwaar tegen heb om een hogere pacht te betalen, als ook de inkomens in de landbouw hoger zijn. Van handen wrijven is geen sprake, eerder was sprake van 'handen wringen' om het hoofd boven water te houden: de daling van de pachtprijzen komt op een goed moment.
De NVR en FPG gebruiken kreten als: "Reguliere pacht is ten dode opgeschreven" en "Het is het faillissement van het huidige pachtbeleid". Dat is stemmingmakerij, met als doel: te komen tot een pachtbeleid waar alleen plaats is voor langjarige (tijdelijke) pacht, tegen vrije (zo hoog mogelijke) pachtprijzen. Van duurzaam grondgebruik zal dan niet veel terecht komen, al denkt de FPG dat ook af te kunnen dwingen in de pachtvoorwaarden.
Deelakkoord Spelderholt
Het kan ook anders. In het deelakkoord van Spelderholt heeft de BLHB ingestemd met vrije pachtprijzen voor nieuwe reguliere pacht. Bestaande reguliere pacht dient gehandhaafd te blijven (contract is contract) en voor ongerechtvaardigde verrijking van de verpachters is geen aanleiding. Voor tijdelijke pacht dient een prijskorting te gelden. Zonder deze prijskorting zal een verpachter niet gestimuleerd worden om ook nieuwe reguliere pacht af te sluiten.
Verschillende politieke partijen (zoals het CDA en de SGP) hebben aangegeven dat een prijskorting bij flexibele pacht bespreekbaar is. Aan de loopbaanpacht is geen behoefte, want daarvoor volstaat erfpacht voor een periode van minstens 26 jaar. De teeltpacht met een vrije pachtprijs kan voor 1- of 2-jarige teelten gewoon blijven bestaan.
Maar, voor alle pachtvormen geldt dat duurzaam grondgebruik en het behoud van de bodemvruchtbaarheid het uitgangspunt moeten zijn. Bij reguliere pacht is dat uiteraard al het geval. Zo simpel kan het zijn.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl/ondernemen/blogs/column/10879355/op-naar-een-nieuw-pachtbeleid][/url]
Goed verhaal van Piet ,dat gaat nog een hele klus worden om de graaiende groot verpachters in bedwang tehouden.Ik ben bang dat schouten toch voor het grote geld gaat kiezen.Dit is een reactie op dit artikel:
Als je van de reguliere pacht af wil dan zal je als eigenaar gewoon je portemonnee moeten trekken en per geval een lokaas moeten voorhouden om naar een andere pachtvorm over te kunnen gaan. Het kapitaal regeert dus zorg dat je als pachter een schadevergoeding bedingt.
Verder is de overheid misschien wel de grootste verpachter maar niet de grootste grondeigenaar van landbouwgrond. De meeste verpachte grond zit nog steeds bij particulieren en of families die voorheen misschien zelf de grond gebruikten. De BHLB mag wat dat betreft wel eens wat meer in haar eigen ledenbestand kijken naar hoe het met de hypotheekboeren gaat.
Voor welke grondrendementen moeten zij werken om een inkomen over te houden ?