Het aantal slachtingen van koeien duikt in Nederland over week 30 omlaag. Dit terwijl de weken hiervoor opvallend hoge cijfers lieten zien. Is het een trendbreuk, of is er iets anders aan de hand? Echter, in Duitsland lopen de slachtaantallen ondertussen alleen maar op.
Het aantal slachtingen beweegt sinds week 20 tussen de 10.598 en 13.347 koeien, wat bijzonder hoge aantallen zijn voor de zomerperiode. Echter, in week 30 duikt het aantal weer omlaag naar 9.464 stuks. Dat is nog steeds het hoogste weekaantal sinds 2015, maar toch aanzienlijk lager dan in de weken ervoor.
Onderhoud in slachterijen
Uit navraag blijkt dat dit vooral te maken had met onderhoud in de slachterijen. Het aanbod van koeien was in week 31 nog altijd ruim. Daarnaast is week 32 rustiger begonnen, maar dat wordt mede toegeschreven aan de droogte en hoge temperaturen. Het maakt namelijk dat er minder gebeurt.
In Duitsland gaat het slachten van koeien in volle vaart door. Zo laat de slacht van vaarzen in week 30 een stijging zien van 19,26%, ten opzichte van 1 jaar eerder. De slacht van koeien E-P behoudt een voorsprong van 21,25%. De koeien O3 en R3 noteren plussen van respectievelijk 32,33% en 28,01%.
In Duitsland laten de hoge slachtaantallen zien dat er eerder dan in andere jaren geselecteerd wordt. In Nederland schrijven de slachtingen sinds week 26 plussen op, die soms zelfs in de dubbele cijfers zijn. Dat is iets wat ingegeven wordt door het fosfaatrechtenstelsel.
Het fosfaatrechtenstelsel maakt namelijk dat melkveehouders aan het rekenen geslagen zijn. Zij passen waar nodig de veestapel aan, zodat deze overeenkomt met de hoeveelheid rechten. Hierbij gaat het rekenen continu door, omdat het opruimen van vee aan de onderkant positief doorwerkt in de gemiddelde melkaanvoer en daardoor negatief is op de fosfaatbalans.
Zorgen over voer?
De druk op de voervoorraad, als gevolg van de gestagneerde grasgroei, heeft dit wel iets aangejaagd. Echter, toch worden zorgen over voldoende voer niets als hoofdreden genoemd. Wel wordt gesignaleerd dat de kuddes van de stoppers niet meer opgenomen worden door de Nederlandse veehouders. De kopers daarvoor moeten over de grens gevonden worden.
Mede als gevolg van de hoge slachtingen hebben de prijzen een daling ingezet. Er is nog een factor die de afzet van rundvlees hindert, en dat is de matige stemming in de retail. De vleeshandel verloopt in de zomer doorgaans moeizaam, waardoor ook de prijs van rundvlees iets onder druk staat. Ondanks dat er een stap teruggenomen is, bevindt de prijs zich nog niet op een laag niveau. Het is iets wat te danken is aan het hoge prijsniveau van afgelopen jaar, maar dat betekent ook dat de markt er na de zomer weer anders uit kan zien.
De dip van week 30 wordt dan ook gezien als een tijdelijke dip. De slachtcapaciteit bepaalt hoelang deze situatie blijft bestaan. Tegelijkertijd wordt er verwacht dat de plus in het aanbod geen weken zal aanhouden, onder meer omdat er al veel vee opgeruimd is. Toch heeft de tijd uitgewezen dat de aanvoer van slachtkoeien (sinds de introductie van de fosfaatrechten) nog nooit zo grillig geweest is.
Export verloopt rustig
Vanwege de vakantie is het eveneens iets stiller in de vee-export. Er komt aanbod van vee dat tussen de 0,5 en 1,5 jaar is, wat te maken heeft met de fosfaatrechten. De kopers zijn dan vooral landen als Hongarije, Roemenië en Polen. Engeland was aan de markt, maar dat is de laatste weken niet meer het geval. Daar zijn wel degelijk gebieden waar de droogte druk zet op de voervoorraden, waardoor de koopinteresse is afgenomen.De dip van week 30 wordt gezien als een tijdelijke dip.