Er wordt op de akkerbouwbedrijven met zetmeelaardappelen en op melkveehouderijen rekening gehouden met een fikse daling van het inkomen. Dit blijkt uit een analyse van Wageningen University & Research (WUR). Tegenover die daling staat een plus bij de overige akkerbouwbedrijven en bij de fruitteeltbedrijven.
Op verzoek van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit maakte de WUR een analyse van de verwachte effecten van de droogte en hitte op het inkomen in de agrarische sector. Uit deze zogenaamde 'quik-scan' blijkt dat er in de melkveehouderij, melkgeitenhouderij en op akkerbouwbedrijven met zetmeelaardappelen een gemiddelde inkomensdaling van respectievelijk €16.000, €22.000 en €31.000 per onbetaalde arbeidsjaareenheid kan worden verwacht.
Hoge voerkosten
Als het over de melkveehouderij gaat, dan zijn het vooral de voerkosten die de resultaten negatief beïnvloeden. Er wordt bijna een halvering van het inkomen per onbetaald arbeidsjaar gezien. Het gemiddelde inkomen staat op €35.500, maar in 2018 raamt de WUR dit op €19.600. Het inkomen uit het bedrijf daalt van €103.500 in 2017 naar €29.100 in 2018. Het inkomen komt bovengemiddeld uit, maar de voerkosten stijgen van €93.800 in 2017 naar €121.700 in 2018.
Ook varkenshouders krijgen te maken met hogere voerkosten, hogere kosten voor afzet van mest en hogere prijzen voor strooisel, maar die worden door de WUR niet genoemd. Daarbij worden de kosten voor de mestafzet sowieso niet meegenomen.
Esther de Snoo, woordvoerder bij belangenbehartiger LTO, zei tegen de Stentor: "We sluiten niet uit te dat we alsnog om financiële steun gaan vragen." Dat gebeurt dan wel nadat er in het najaar gebleken is hoe groot de schade precies is.
Positief voor akkerbouw
Het is echter niet alleen maar negatief, want voor de overige akkerbouwbedrijven en in de fruitteelt wordt rekening gehouden met een stijging. Het gaat om een plus van €12.000 voor de akkerbouwbedrijven en €21.000 voor de fruitteeltbedrijven (per onbetaalde arbeidsjaareenheid). De WUR motiveert het als volgt: "De lagere kilo-opbrengsten worden naar verwachting ruimschoots gecompenseerd door de fors hogere prijzen op de vrije markt, als gevolg van schaarste."
De plussen in het inkomen worden wel iets genuanceerd. "De verschillen tussen de individuele ondernemers zullen groter zijn dan gebruikelijk." Dit door de verschillen in grondsoort, mogelijkheid tot beregenen en de aard van de afzetcontracten. In de akkerbouw gaat het inkomen uit het bedrijf naar verwachting omhoog van €24.900 in 2017 naar €54.500 in 2018.
Het inkomen per onbetaald arbeidsjaar stijgt tot €57.600, terwijl dat in 2017 nog €25.400 was. Het is een combinatie van de bovengemiddelde opbrengsten, afgezet tegen kosten die iets onder het gemiddelde liggen. Voor beregening schat de WUR de kosten op €50 per hectare, bij een hoeveelheid van 25 millimeter.
Duidelijkheid in najaar
Pas in het najaar kan met zekerheid gezegd worden wat de effecten van de droogte zijn. Hierbij hangt namelijk ook veel af van de hoeveelheid neerslag in de maanden augustus en september, en wat dat gaat doen met de gewasgroei.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.
Dit is een reactie op dit artikel:
[url=http://www.boerenbusiness.nl//artikel/10879723/duizenden-euro-s-schade-door-droogte][/url]
Dat vind ik ook, akkerbouwer de veehouderij doet net als zij de grootste schade hebben maar zij hebben nog voorraad van vorig jaar en anders moeten ze iets meer betalen voor voer als anders daarentegen hebben wij echt veel minder opbrengst dus minder geld in het laatje. Mede namens lto wordt veehouderij steeds als grootste gedupeerde gezien
Verworden tot een klotensector, gedicteerd door mensen zonder affiniteit met de praktijk.
Gedoemd te mislukken, mede door geen opvolging, hier mogen ze van mij niet meer. Help ze overal met plezier mee, behalve boer worden.