Ondanks tegenslagen en strubbelingen blijven boeren onverminderd bouwplannen houden. De staalprijzen staan op een historisch laag niveau en gunstige rentepercentages helpen mee. Al met al is het ‘klimaat’ om aan het bouwen te slaan nu ideaal.
Schurenbouwers van productbewaarplaatsen en stallen hebben topjaren achter de rug. Met het bouwen van nieuwe melkveestallen bijvoorbeeld, maar ook de bouw van nieuwe bewaarschuren bij akkerbouwers. Recent zijn het ook geitenhouderijbedrijven die uitbreiden. Het economisch klimaat is in optima forma.
De huidige lage rentestand is één van de voordelen waarmee je te maken hebt. Dat is al langer het geval. Daarentegen valt het niet altijd mee om geld los te peuteren bij de bank. Een goed en doordacht businessplan is vereist. Meer recent zijn ook staalprijzen in rap tempo aan het afnemen. Ook dat heeft zijn uitwerking. Een afnemende vraag vanuit China – vanwege een zwakkere economische groei – zorgt ervoor dat de staalprijzen dalen. Ook andere ontwikkelende economieën nemen minder af én de olieprijzen staan op een historisch laag niveau.
Dat de staalprijzen laag liggen merk je bij de aanbesteding van een nieuwe schuur. Zo daalde de prijs van staal voor spanten van 1,10 euro per kg, eind vorig jaar, naar 58 cent per kg op dit moment, laat een akkerbouwer met bouwplannen weten. Of je dat uiteindelijk overal merkt hangt ook van de leverancier af. Vaak wordt veel op voorraad gekocht, waardoor prijseffecten vertragend werken.
Ook DLV Advies, een onafhankelijk adviesbedrijf voor de agrarische sector, merkt dat de bouwplannen onverminderd voortzetten. Dat wordt niet alleen gevoed door een lage rentestand en staalprijzen. ‘We hebben een enorm drukke periode in de melkveehouderij achter de rug. Driekwart van de projecten die we hebben begeleid waren op de melkveehouderij gericht’, vertelt Barry Akkerman, projectleider Bouw. ‘In deze sector is het nu heel rustig maar in de akkerbouw blijft het erg druk. Dat heeft verschillende oorzaken.’
‘In Flevoland schakelen relatief veel akkerbouwers over op biologisch telen. Daarvoor wordt vaak nieuw gebouwd’, vervolgt Akkerman. In diezelfde provincie werd tot voor kort vaak de originele domeinschuren gespaard gebleven maar dat is verleden tijd. Pootgoedtelers investeren meer in bewaarplaatsen. Daarbij is los gestort bewaren echt verleden tijd. Alles gaat in kisten. Ook bij de consumptieaardappelteelt heerst die gedachte. Afnemers willen vaak wel iets meer betalen maar dat dekt de kosten niet. Op dat vlak blijft het een moeilijk verhaal. Voor rode uien wordt eveneens vaak voor kistenbewaring gekozen. De algehele tendens is een langer durende bewaarperiode. Dat vereist een andere bewaartechniek.’
Volgens Akkerman speelt ook de prijsvorming van akkerbouwproducten een belangrijke rol voor het bouwbeleid. Gezien de gerealiseerde projecten en toekomstige plannen lijken akkerbouwers altijd nog positief gestemd.
Wat ziet Akkerman sectorbreed voor trends? ‘Wat opvalt is dat gemiddeld genomen ruimer wordt gebouwd. De afmetingen zijn groter. Daarbij wordt wel gekeken naar wat je kunt produceren. Extra ruimte bijbouwen voor bijvoorbeeld (tijdelijke) verhuur is meestal geen optie. Dat is een eis van de financier. De rente mag dan laag zijn maar, naar de aanvraag wordt steeds strenger gekeken. In het verleden werd vooral gekeken naar het aantal hectares in eigendom. Nu is een duidelijk onderbouwd plan nodig.’
Ondanks het strenge beleid van banken groeit bij DLV Advies de orderportefeuille voor 2016. Niet alleen binnen de akkerbouw maar bijvoorbeeld ook in de geitenhouderij.
© DCA Market Intelligence. Op deze marktinformatie berust auteursrecht. Het is niet toegestaan de inhoud te vermenigvuldigen, distribueren, verspreiden of tegen vergoeding beschikbaar te stellen aan derden, in welke vorm dan ook, zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke, toestemming van DCA Market Intelligence.